recht van druivenplukRecht van duivenvlucht
1.De zwarte heerlijkheid
Jan van Mersbergen

Erik Rappel (spreek uit: rappul) komt na dertig jaar in Amsterdam gewoond en gewerkt te hebben terug in het huis van zijn ouders. In de polder. Met behulp van zijn vriend Lammie knapt hij de boel op.  Hij mist de grote stad niet. Hier in de polder voelt hij zich thuis. Hij verlangt er naar rustig te gaan vissen in een van de vele watertjes die in het gebied te vinden zijn.
De Zwarte Heerlijkheid, zo heet het gebied, dat nergens bij lijkt te horen. Een vergeten streek, waar ooit een man van adel rechten uitgaf zoals het om pacht te innen voor het gebruik van landbouwgrond. Of het recht om duiven te houden. En het jurisdictierecht.

Er is nu geen politie meer te vinden, een van de redenen waarschijnlijk waarom er op het industrieterrein louche zaakjes plaatsvinden.
Daar bewaken twee mannen een aantal vrouwen. Als een van hen probeert te ontsnappen is Georgie, werkzaam in het sloopbedrijf tegenover de loods, getuige van een vreemd voorval: een man duwt een vrouw die op haar sokken loopt, nogal hardhandig naar binnen.
Als Georgie de man later ziet staan voor het sloopbedrijf, wordt ze bang. Heeft ze iets gezien wat ze niet had mogen zien? Heeft de man verkeerde bedoelingen?

Het verhaal bereikt Erik Rappel, die als vanzelfsprekend de rol van politieman op zich neemt en de zaak gaat onderzoeken.
Als de auto van Georgie opgeblazen wordt, weten Erik en zijn vrienden dat het onzuivere koffie is. Ze hebben te maken met ongure types die zich bezighouden met vrouwenhandel.

‘Die gasten zijn niet mals. Rappel knikt. Ze willen iets laten weten. Ze willen haar zo bang maken dat ze niks meer zal doen met de informatie die ze heeft. Het is een vaak gebruikte vorm van intimidatie. Die Bulgaar waar Georgie het over had is zelf ook bang. Bang om ontdekt te worden. Ze weten net zo goed als wij dat de politie hier dusdanig verdwenen is dat die niet op een autobrandje afkomt.’

En dus neemt Erik een recht in handen, dat niet meer door de politie opgepakt wordt. Het gaat alleen niet om duiven...

Dit is het eerste deel van wat een driedelige serie zal worden. Deze keer verschijnen de thrillers niet onder de naam Frederik Baas, maar onder de eigen naam van de schrijver.

Het lijkt een gezapig verhaal, maar is wel degelijk een spannende thriller. Soms lastig lezen omdat van Mersbergen geen leestekens gebruikt bij de dialogen.

Jan van Mersbergen (1971, Gorinchem) schreef o.a. twaalf romans, drie thrillers en een carnavalsboek. Met zijn roman Naar de overkant van de nacht (2011) won hij de BNG Nieuwe Literatuurprijs en werd hij genomineerd voor de Libris Literatuur Prijs, de AKO Literatuurprijs en de Gouden Uil. Zijn laatste roman, Eiland zonder schaduw, werd lovend ontvangen.

ISBN 9789044369366 | Paperback | 272 pagina's | Uitgeverij the House of Books | oktober 2025

© Marjo, 4 december 2025

Lees de reacties op het forum en/of reageer, klik HIER