De chemicus
Stephenie Meyer
Ze is haar echte naam al bijna vergeten. Al drie jaar lang leeft ze onder valse namen op onderduikadressen die ze van boven tot onder beveiligd heeft. Slapen doet ze alleen met een gasmasker op, zodat de chemicaliën die vrijkomen als iemand haar onderkomen binnendringt, haar niet zullen schaden. Hoe het is om zonder angst te leven, weet ze niet meer. Ze is voortdurend op haar hoede. Altijd op de vlucht.
Ze was nog jong toen ze door de overheid gerekruteerd werd. In een laboratorium ontwikkelde ze in het diepste geheim chemische middelen die de geheime dienst tijdens ondervragingen gebruikte. Ze was goed in haar werk en werd al snel De chemicus genoemd. Omdat niemand haar mengsels beter kende dan zij, werd ze al snel gevraagd zelf de ondervragingen uit te voeren. Ze martelde mensen, lapte ze op en martelde ze weer. Ze voelde geen wroeging. Het ging om misdadigers van het ergste soort. Het was uiterst belangrijk dat deze lieden hun informatie met haar deelden.
Haar mentor, beste en enige vriend Barnaby werd steeds onrustiger. Hij had het idee dat ze gevaar liepen. Ze waren te goed in hun werk geworden, ze wisten te veel. Hij kreeg gelijk. Op een dag stroomde een dodelijk gas hun laboratorium binnen. Barnaby vond de dood. Zelf had ze geluk: ze bevond zich tijdens de aanslag op haar leven op het toilet. Sindsdien is ze op de vlucht. Ze leeft nog maar ze leeft het leven van een dode. Ze bestaat niet meer. De enigen die weten dat ze nog in leven is, zijn de mensen die haar willen doden.
Wanneer ze via een omweg een e-mail van haar oude baas Carston ontvangt, weet ze in eerste instantie niet of ze zijn woorden moet geloven. Waarom zou ze? Hij heeft haar verraden. Toch twijfelt ze. Misschien is Carston niet zo slecht als ze denkt. Eens konden ze goed met elkaar overweg. Hij schrijft haar dat ze haar nodig hebben en dat er levens op het spel staan. Heel veel levens.
Ze weet dat ze niet op zijn e-mail moet reageren maar in een opwelling stuurt ze toch een reactie. Biedt Carston haar werkelijk een uitweg? Krijgt ze de kans haar vrijheid terug te kopen door het redden van mensenlevens? Ze besluit op Carstons uitnodiging in te gaan maar ze is niet van plan op de afgesproken tijd op de afgesproken plek op te komen dagen. Dat zou te makkelijk zijn. Te gevaarlijk ook. Na drie jaar vluchten weet ze wel beter.
Cartons verzoek blijkt echt te zijn. Hij overhandigt haar een uitgebreid dossier over een ogenschijnlijk onschuldige leraar die banden met levensgevaarlijke lieden heeft. De vriendelijk ogende man is in werkelijkheid een monster. Als niemand hem en zijn kornuiten stopt, zal er een dodelijk virus op de nietsvermoedende bevolking van Amerika worden losgelaten. Ze besluit te helpen. Ze zal de leraar ontvoeren, meenemen naar een geheime locatie en hem martelen zoals alleen zij dat kan. Ze zal de waarheid uit hem krijgen.
Auteur Stephenie Meyer werd wereldberoemd door de Twilight-reeks. Een reeks waarin een meisje vriendschap met een weerwolf sluit en verliefd wordt op een vampier. Ook ik heb deze reeks destijds verslonden. De chemicus is anders. Hoewel het net als de Twilight-boeken de nodige romantiek en complexe situaties bevat, zijn de monsters in dit boek menselijk. Deze thriller is bovendien niet voor jongeren maar voor een volwassen publiek geschreven.
Stephenie Meyer schrijft heel meeslepend maar geloofwaardig is dit verhaal niet. Door de nogal vreemde combinatie van dodelijk gevaar en romantiek leest dit boek toch als een trein. Wel is het verhaal behoorlijk gewelddadig. De hoofdpersoon is immers gespecialiseerd in het martelen van mensen. Na drie jaar op de vlucht te zijn geweest, deinst ze er ook niet voor terug mensen te doden. Ook een groot aantal andere personages in dit boek is absoluut niet vies van een flinke dosis geweld. Soms raken de overige verhaallijnen hierdoor ondergesneeuwd. Of je van geweld houdt of niet: De chemicus is origineel, gedurfd en verrassend. Wie bovendien niet al te moeilijk doet over de aannemelijkheid van het verhaal, doet een bijzondere leeservaring op.
ISBN 9789022579824 | paperback | 525 pagina's | Uitgeverij Boekerij | november 2016
Vertaald door Marike Groot en Sander Brink
© Annemarie, 4 januari 2017
Lees de reacties op het forum en/of reageer, klik HIER
De wreker van Laagstad
Daniel Polansky
Na de Grote Oorlog heeft Warden zijn leven als soldaat voor dat van een drugsdealer verruild. Hij heeft te veel meegemaakt om zich te schamen voor zijn criminele beroep. Zijn schuldgevoel heeft hij al lang geleden aan de wilgen gehangen. Het leven in Laagstad is nu eenmaal hard. Wie in dit povere gedeelte van Rigus, de hoofdstad van de Dertien Landen, terechtkomt, moet er simpelweg het beste van maken.
De drugshandel is geen baan waar je slapend rijk van wordt. Slapen doet Warden sowieso altijd maar half. Waakzaamheid is van een onmetelijk belang in Laagstad. Onoplettendheid kan zomaar tot de dood leiden. Warden is altijd op zijn hoede. Concurrenten zijn vijanden. Daarnaast tiert corruptie welig in Laagstad. Iedereen probeert beter te worden van iedereen. Toch zijn er ook nog wat goede mensen in het duistere stadsdeel te vinden. Gelukkig is Warden erin geslaagd een aantal van deze prettige lieden aan zich te binden. Misschien is hij niet zo slecht en meedogenloos als hij zelf denkt.
Warden heeft tijdens zijn woelige leven al heel wat leed aanschouwd. Niet alleen de Grote Oorlog maar ook een pestepidemie heeft vele levens opgeëist. Door deze gruwelijke ziekte heeft ook Warden geen ouders meer. Gelukkig is Magister Kraanvogel erin geslaagd de ziekte een halt toe te roepen. Met zijn spreuken beschermt hij het volk nu tegen de ziekte. Warden draagt Kraanvogel een warm hart toe. De Magister nam hem onder zijn hoede toen hij als een verweesde straatjongen over straat zwierf. Kraanvogel werd zijn beschermer. Zijn mentor. Toch is Warden nu een drugsdealer, iets wat de Kraanvogel beslist niet toejuicht.
Wanneer Warden op het lijk van een kind stuit, smelt zijn meedogenloosheid als sneeuw voor de zon. Hoewel Warden liever niet de aandacht van de sterke arm der wet trekt, gaat hij toch op onderzoek uit. Hij kan het simpelweg niet verkroppen dat degene die deze vreselijke daad op zijn geweten heeft, ongestraft rondloopt. Zijn neus leidt hem letterlijk naar de dader maar wanneer deze voor zijn ogen door een gruwelijk wezen een onvoorstelbaar pijnlijke dood sterft, beseft Warden dat er meer aan de hand is. Veel meer.
Laagstad wordt door een grote verscheidenheid aan volken bewoond. Over het algemeen vormen zij kliekjes. Niemand is dol op pottenkijkers. Het is dan ook niet eenvoudig om een gedegen onderzoek uit te voeren. Toch blijft Warden de zaak onderzoeken, ook al houden de agenten van Laagstad hem in de smiezen. Sinds zijn ontmoeting met het afschrikwekkende wezen, weet hij dat er iets groots te gebeuren staat. Iets onafwendbaars. Toch wil hij een poging wagen het oprukkende kwaad een halt toe te roepen. Hij krijgt hulp van de jonge Mees, een straatschoffie dat als lijm aan hem vastgekleefd lijkt te zitten. Meedogenloze drugsdealer of niet, Wardens hart gaat naar de bevolking van Laagstad uit.
Met De wreker van Laagstad sleepte de Amerikaanse auteur Daniel Polansky de Franse Prix Imaginales in de wacht. Aanvankelijk heb ik erg met het verhaal geworsteld. De sfeer van het verhaal is duister en het vele grove taalgebruik stond me tegen. Ook het leven in het groezelige Laagstad beviel me totaal niet. Wat een naargeestige plek! Toch ben ik door blijven lezen. Het verhaal begon me steeds meer aan te spreken en toen kreeg ik eindelijk ook oog voor het prachtige taalgebruik van de auteur. Het ging in eerste instantie achter de harde woorden schuil maar toen ik het eindelijk zag, begon ik van het verhaal te genieten. De wreker van Laagstad is niet zomaar een fantasyboek: het is literaire fantasy.
De wreker van Laagstad is meer dan een strijd tussen goed en slecht. Dit verhaal is allesbehalve oppervlakkig. Het gevecht vindt in een schemergebied plaats. Warden weet niet goed wie aan welke kant staat. Zijn bondgenoten hem stiekem vijandig gezind en vice versa? Niemand is puur goed of puur slecht en dat heeft de auteur heel goed begrepen. De achterdocht van Warden sloeg op me over en na een aantal bloedstollende gebeurtenissen was ik ineens zomaar bij het laatste woord aanbeland. Ongemerkt had het verhaal me toch opgeslokt. Fascinerend!
ISBN 9789021404479 | paperback | 364 pagina's | Uitgeverij Q | november 2016
Vertaald door Natalie Koch
© Annemarie, 30 december 2016
Lees de reacties op het forum en/of reageer, klik HIER
Niemandsland
David Baldacci
De brief voelt als een klap in het gezicht. John Puller kan niet geloven dat de beschuldigingen die op papier staan, op waarheid berusten. Toch is er door het Criminal Investigation Command een onderzoek gestart. Zij zullen nagaan of Johns vader werkelijk iets met de dood van zijn vrouw Jackie te maken heeft gehad. In de brief wordt beweerd dat Puller senior, een nog altijd zeer gerespecteerd oud-militair, heeft gelogen. De briefschrijfster heeft hem rond het tijdstip van Jackies verdwijning in de buurt van zijn huis gezien, terwijl Puller senior beweerde niet eens in het land te zijn geweest.
De brief is geschreven door mevrouw Demirjian, een oude buurvrouw van het gezin Puller. Dertig jaar geleden, toen Jackie verdween, woonden de familie Demirjian en de familie Puller op Fort Monroe, een legerbasis. Ze is stervende en omdat ze zwaar gelovig is, voelde ze zich verplicht haar geheim op te biechten. John is geschokt. Hij kan niet geloven dat zijn vader, zijn held, zijn vrouw mogelijk heeft vermoord. Hij besluit dan ook onmiddellijk een eigen onderzoek te starten, ook al gaat dat tegen alle regels van het leger in.
John was nog maar acht jaar oud toen zijn moeder verdween. Zijn broer Robert was tien. John kan zich de dag die zijn leven veranderde nauwelijks meer herinneren. Robert kan het zich beter voor de geest halen. Hij was ouder en bovendien heeft Robert het idee dat John bepaalde gebeurtenissen heeft verdrongen. Kan dat waar zijn? Wist John best dat er iets niet klopte maar kon hij, als achtjarig jochie, de waarheid niet aan? Toch gelooft John nog altijd geen moment dat zijn vader iets met de verdwijning van zijn vrouw te maken heeft. Hoewel Puller senior nog in leven is, is het niet mogelijk het hem te vragen. De oude man is dement.
Terwijl John alle regels aan zijn laars lapt, stapt Paul Rogers de gevangenispoort door. Hij is verbaasd en opgelucht tegelijk dat hij door niemand opgewacht wordt. De griffier heeft onbewust zijn leven gered door een foutieve datum op het vrijlatingsbevel te zetten. Rogers is niet van plan zich aan de voorwaarden van zijn vervroegde vrijlating te houden en maakt zich zo snel mogelijk uit de voeten. Hij heeft een missie. Dertig jaar gelegen heeft iemand hem veranderd en daar zal diegene nu eindelijk voor moeten boeten.
Rogers is niet meer de jongste maar zijn kracht is indrukwekkend. Levensgevaarlijk zelfs. Hij is in staat met blote handen een mens te doden, iets wat hij ook meerdere keren heeft gedaan. Rogers is niet altijd zo geweest. Iemand heeft hem zo gemaakt. Iemand is verantwoordelijk voor zijn moorddadige gedachten. Hij zal niet rusten voor hij haar heeft gevonden en gedood. De tijd dringt. Rogers heeft de laatste tijd ondragelijke pijnaanvallen. Er is iets mis. Hij moet zich haasten, voor zijn lichaam hem voorgoed in de steek zal laten.
Hoewel John door zijn meerderen op het matje is geroepen, weigert hij zijn onderzoek te staken. Wat is er dertig jaar geleden gebeurd? Heeft zijn moeder het gezin verlaten of is haar iets overkomen? Ergens hoopt John dat zijn moeder een nieuw leven is gestart. Dat ze een goede reden had om haar man en zelfs haar twee zoons achter te laten. Dan zou ze mogelijk nog in leven zijn. Toch weet hij eigenlijk wel beter. Er moet Jackie Puller iets overkomen zijn. Dan ontdekt hij dat er dertig jaar geleden een seriemoordenaar op vrije voeten was. Niet ver van de legerbasis vandaan zijn vier vrouwen vermoord, allemaal rond de tijd dat Jackie Puller van de aardbodem verdween.
De boeken over John Puller lezen doorgaans als een trein en dat geldt ook voor dit nieuwe deel. Auteur David Baldacci combineert keiharde actie, spanning en mysterie met een gevoelig verhaal over een stoere legerman die zielsveel van zijn familie houdt. John Puller heeft de verdwijning van zijn moeder lange tijd verdrongen maar na de brief van mevrouw Demirjian komt er steeds meer boven. Met wie had Jackie Puller op de avond van haar verdwijning afgesproken? Waarom ging ze in haar zondagse kleren op pad?
Lange tijd waren Baldacci’s boeken over Will Robie favoriet maar de reeks met John Puller valt inmiddels evenveel in de smaak. David Baldacci begrijpt heel goed dat ik niet alleen over keiharde actie wil lezen maar ook graag met de gevoelige kant van de boekpersonages kennismaak. Niemandsland is van begin tot eind spannend en speelt op originele wijze in op de dreiging die momenteel wereldwijd voelbaar is.
ISBN 9789400507548 | paperback | 397 pagina's | A.W. Bruna Uitgevers | november 2016
Vertaald door Jolanda te Lindert
© Annemarie, 27 december 2016
Lees de reacties op het forum en/of reageer, klik HIER
Morten
Anna Levander
Dit boekje kreeg ik in het kader van Nederland Leest bij de bibliotheek. Anna Levander is het pseudoniem van het schrijvers- en journalistenduo Annet de Jong en Dominique van der Heyde. Dat zowel het pseudoniem van de auteurs als de titel wat Scandinavisch aandoen, lijkt mij niet echt toevallig. Hoewel het verhaal zich in Nederland afspeelt, heeft deze politieke thriller toch iets dat misschien doet denken aan Deense series.
Het boek dat het eerste deel van een trilogie is, draait om de opkomend politicus Morten Mathijsen, die geen middel schuwt om minister-president te worden. Hij is lid van de Nieuwe Liberale Partij en hoewel hij geen lijsttrekker is, is hij wel van mening, dat hem deze positie toekomt. Dat hij niet veel van het algemeen kiesrecht moet hebben, wordt in de loop van het boek wel duidelijk. Het liefst ziet hij het kiesrecht beperkt tot een kleinere groep mensen, op basis van intelligentie, of bijdrage aan de belastingen, zodat in ieder geval het gemene volk geen stemrecht heeft.
Het verhaal begint als de ik-figuur (Marijn Flanders), bij de uitgeverij waar ze werkt als acquirerend redacteur, gevraagd wordt om het magazijn met oude manuscripten op te ruimen. Daarbij vindt ze het manuscript van 'De zesde republiek', dat geschreven is in 1991, door een zekere Eva Laurillard. Marijn begint te lezen en ontdekt dat het gaat over de gemeenteraadsverkiezingen in Naarden, waar een zekere Morten Mathijsen kandidaat voor de Nieuwe Liberale Partij is. Inmiddels zit er een Morten Mathijsen in de Tweede Kamer en volgens Wikipedia was hij inderdaad in de jaren 90 raadslid in Naarden.
Morten Mathijsen wordt inmiddels, drie weken voor de verkiezingen, gechanteerd met een geheim en hoewel hij niet weet waar het om gaat, besluit hij toch maar op de eisen van de anonieme chanteur in te gaan. Eerst denkt hij dat het om z'n problemen met z'n vrouw gaat, maar later blijkt dat het gaat om iets wat zich bij Maison Neuf heeft afgespeeld. Daar heeft Morten inderdaad herinneringen aan, hoewel hij er al zeker 20 jaar niet meer aan gedacht heeft. Er is daar iemand overleden, maar dat is bekend, dus wat het geheim is, weet hij nog steeds niet.
Marijn ontvreemdt het manuscript en leest verder over de gebeurtenissen op een feest in Maison Neuf, na de gemeenteraadsverkiezingen in Naarden, die door de Nieuwe Liberale Partij gewonnen zijn. Ze vraagt zich af of het een en ander op waarheid berust en gaat op zoek naar de locaties waar het een en ander zich afgespeeld heeft. In de loop van het boek weet Marijn zich in de kring rond Morten Mathijsen, een machtspoliticus pur sang, die duidelijk iets van Machiavelli geleerd heeft, te dringen, met het argument dat ze van plan is om een boek te schrijven over de verkiezingen en de opkomst van Morten Mathijsen.
Al met al is het een spannend boek, dat eindigt met een regelrechte cliffhanger, die mij in ieder geval nieuwsgierig maakte naar het volgende deel.
ISBN 978 90 5965 390 0 | paperback | 282 pagina's | Stichting CPNB en Uitgeverij Q | 2016
© Renate, 24 december 2016
Lees de reacties op het forum en/of reageer, klik HIER
Zomermeisjes
Jobien Berkouwer
Rechercheur Lot van Dijk was gestationeerd in Amsterdam, maar na haar opleiding tot profiler werd ze overgeplaatst naar Twente. Dat valt haar als stadse niet mee, dan is ze ook nog de enige vrouw binnen een team van alleen maar mannen. Mannen die haar wantrouwend benaderen.
Op de dag dat er een lichaam wordt gevonden, van een jong meisje, dat op een gruwelijke manier vermoord is, kan ze zich eindelijk bewijzen. En die mannen die vinden dat ze achter het aanrecht hoort te staan, die zal ze wel eens bewijzen dat ze haar mannetje staat! Lot weet al snel zeker dat ze te maken hebben met een seriemoordenaar. Hij zal zeker op nieuw toeslaan, als hij het al niet gedaan heeft. Het dode meisje blijkt namelijk niet te passen bij de beschrijving van het meisje dat vermist is.
De mannen zullen er langzaam achter moeten komen dat ze goed is in haar werk. Ze zal zeker bewijzen dat ze weet wat ze doet, en dat ze niet onderdoet voor een man. Als een tweede meisje gevonden wordt, in een open graf op het kerkhof, moeten ze haar wel voor vol aanzien. Dat de mannen van het bureau het slachtoffer blijken te kennen, maakt alles wel lastiger. Maar ze zet door, dat moet wel, nu het een kwestie is van voorkomen dat er een derde slachtoffer valt.
Het is een spannende thriller, en het zou me niets verbazen als het de eerste van een serie is. Lot van Dijk is een aansprekend personage. Haar strijd tegen het mannenwereldje van het politiekorps, verbergt duidelijk oud zeer, het is dus niet verbazingwekkend als blijkt dat de auteur juriste is en… voormalig hoofdinspecteur van politie. Zij heeft vast met situaties te maken gehad zoals Lot die in het verhaal tegen komt.
Jobien Berkouwer heeft met Zomermeisjes een overtuigend debuut geschreven. Zij schrijft op een aansprekende manier een heel geloofwaardig verhaal. Er is prettig veel aandacht voor de manier waarop de zaak langzaam ontrafeld wordt, met al dan niet verrassende wendingen. En tussendoor zijn er stukken tekst waarin we de moordenaar leren kennen. Nou ja, we weten natuurlijk pas op het laatst wie het echt is, maar we kunnen als lezer mee volgen hoe het komt dat de dader moet moorden. En of Lot op het goede spoor zit, of niet…
Met een – gelukkig - kleine dosis romantiek, en gevoel voor het Twentse leven is het verhaal helemaal af. Lekker misdaadverhaal.
ISBN 9789400507739| paperback| 288 pagina's | Uitgeverij Bruna| juni 2016
© Marjo, 23 december 2016
Lees de reacties op het forum en/of reageer, klik HIER
Berens
Deel 4 van The Kills-reeks
Richard House
Stephen Lawrence Sutler is een waar mysterie. Niemand lijkt te weten wie hij precies is. Toch wordt er fanatiek op hem gejaagd. Sutler zou het bedrijf HOSCO in het ongeluk hebben gestort en daarbij een groot geldbedrag hebben buitgemaakt. Het gaat om miljoenen. Dat HOSCO een uiterst onbetrouwbaar bedrijf is, en onder een andere naam vrolijk met zijn wanpraktijken doorgaat, doet er niet toe. Iemand moet boeten en dat is Sutler.
Dan wordt Sutler gevonden. Drie keer. Op drie totaal verschillende plekken duikt hij op. In Rome komt hij onder een trein en in het ziekenhuis in Damascus ligt een man die dwalend in de Syrische woestijn is aangetroffen. Ook hij zou Sutler zijn. En dan is Sutler ook nog in Grenoble gezien.
Henning, die voor het Duitse consulaat werkt, is belast met de zoektocht naar Sutler. Met zijn vrouw en schoonzus woont hij sinds kort op Cyprus. Daar zal zijn vrouw Isa binnenkort bevallen. Het was de bedoeling dat ze het kind in Damascus zou krijgen maar het was in Syrië niet langer veilig voor medewerkers van consulaat. Ze zijn geëvacueerd. Henning hoopt dat het hem lukt de mogelijke Sutler die in het ziekenhuis in Damascus ligt, naar Cyprus te halen. Het zou zomaar om de echte Sutler kunnen gaan.
De man die in Rome onder de trein is gekomen, blijkt Sutler niet te zijn. Wel is het een oude bekende. Een man die nota bene ook met het onderzoek naar Sutler belast was. Hij heeft zijn collega’s voorgelogen. Een dwaalspoor uitgezet. Waarom hij dat precies heeft gedaan, is niet duidelijk. Wie samenwerkt met de uiterst corrupte lieden van HOSCO wordt vroeg of laat door wantrouwen overweldigd. De man die in Rome in paniek onder de trein liep, vertrouwde waarschijnlijk niemand meer.
De Sutler die in Grenoble is gezien, lijkt van de aardbodem verdwenen te zijn. Alle aandacht is nu op de Sutler in het ziekenhuis gericht. Door de vele brandwonden die hij in de woestijnzon heeft opgelopen, is hij onherkenbaar verminkt geraakt. Wat had de vermeende Sutler eigenlijk in de woestijn te zoeken? Was hij de hitte ingevlucht om de vele gestolen miljoenen uit handen van zijn achtervolgers te houden? Vooralsnog is de gewonde man niet aanspreekbaar.
Henning kan niet voorkomen dat zijn schoonzusje Rike af en toe wat informatie opvangt. Het huis waar ze verblijven is bijzonder gehorig en daarnaast ziet Henning er geen kwaad in zijn schoonzusje af en toe iets toe te vertrouwen. Aan wie kan Rike de informatie immers doorspelen? Zijn schoonzusje, een grijze muis, kent immers niemand op Cyprus. Rike is er om haar zus te steunen en heeft verder nauwelijks een eigen leven.
Rike geeft Engelse les aan ene Berens. Een bijbaantje. Ze praten over onschuldige dagelijkse dingen met elkaar. Ook de werkzaamheden van Henning komen aan bod. Dat kan toch geen kwaad? Rike vindt het niet vervelend om Berens privéles te geven. Hij heeft iets. Niet dat ze hem knap vindt, maar toch. Rike droomt zelfs over hem maar ze weigert aan haar gevoelens toe te geven. Wanneer ze merkt dat Berens haar regelmatig leugens op de mouw spelt, negeert ze de luid rinkelende alarmbellen in haar hoofd.
Berens is het vierde en laatste deel van The Kills-reeks. Het boek is afzonderlijk te lezen maar wie de voorgaande delen heeft gemist, weet bijvoorbeeld niet hoe het bedrijf HOSCO in elkaar steekt. Ik raad dan ook aan om de serie vanaf het begin te lezen, anders heb je als lezer toch het idee iets gemist te hebben. Vooral ook omdat deze serie zeer goed maar ook behoorlijk ingewikkeld in elkaar zit.
Auteur Richard House schrijft open en direct, maar net als Sutler is het verhaal toch lange tijd in nevelen gehuld. Wat wil Berens precies van Rike en waarom liegt hij haar voor? De waarheid bevindt zich steeds net buiten handbereik. De auteur speelt heel slinks op de nieuwsgierigheid van de lezer in. Her en der plaatst hij een brokje waardevolle informatie, precies genoeg om, uitermate goed gedoseerd, een steeds completer beeld van de situatie te scheppen. Richard House heeft het verhaal van begin tot het eind uitstekend in de hand. Zal hij besluiten de waarheid te onthullen of blijft Sutler voor altijd een mysterie?
ISBN 9789044532883 | paperback | 311 pagina's | Uitgeverij De Geus | november 2016
Vertaald door Anneke Bok
© Annemarie, 22 december 2016
Lees de reacties op het forum en/of reageer, klik HIER
Naar huis
Harlan Coben
Bijna niemand gelooft dat de twee jongens nog in leven zijn. Tien jaar is een lange tijd. Het is de onzekerheid van het niet weten dat aan de ouders van de twee vriendjes vreet. Hebben hun zoons geleden? Zijn ze een zachte of juist een wrede dood gestorven? Of zijn ze, heel misschien, toch nog in leven? Patrick en Rhys zijn ontvoerd toen ze nog maar zes jaar oud waren. Gemaskerde mannen drongen het huis waarin ze zich bevonden binnen, knevelden hun oppas en namen de jongens mee. Sindsdien is er niets meer van ze vernomen.
Toch kijkt Win, voluit Windsor Horne Lockwood III, nu naar een jongen die sterk lijkt op de verouderingsfoto’s die van Patrick zijn gemaakt. De zestienjarige jongen bevindt zich op een plek waar jonge jongens seksuele diensten aanbieden. Win wil Patrick het liefst meteen van straat plukken maar hij beseft dat hij zal moeten wachten. Win wil niet alleen Patrick maar ook Rhys, die zijn neefje is, in veiligheid brengen. Zal Patrick hem naar Rhys kunnen voeren? Win mag beslist niet overhaast handelen.
Drie uit de kluiten gewassen mannen gooien roet in het eten. Win ziet meteen dat het niet om mogelijke klandizie voor Patrick gaat. Er wordt een flinke klap uitgedeeld. Patrick zakt in elkaar. Win beseft dat het niet bij deze ene uithaal zal blijven. Hij moet iets doen en dat doet hij dan ook. Na zijn ‘bemoeienis’ liggen de drie kleerkasten op de grond. Patrick verdwijnt in de verte. Hij is op de vlucht geslagen. Win is hem kwijt maar hij weet nog altijd meer dan tien jaar geleden. Even was hij dicht bij Patrick, en mogelijk ook bij Rhys, in de buurt. Hij is niet van plan nu op te geven.
Win roept de hulp van zijn beste vriend Myron Bolitar in. Na een levensgevaarlijke en zeer gewelddadige zoektocht slagen ze erin Patrick te bevrijden. Op een haartje na is Rhys hun ontglipt. Alle hoop is op Patrick gevestigd. Kan hij hun vertellen waar Rhys is? Patrick wordt echter door zijn ouders van de buitenwereld afgeschermd. Volgens hen is hij hevig getraumatiseerd en heeft hij nog geen woord gesproken. Myron blijft hardnekkig proberen Patrick te benaderen. Snappen zijn ouders dan niet dat de ouders van Rhys nog altijd door een hel gaan?
Wat is er tien jaar geleden gebeurd? Waar zijn Patrick en Rhys al die tijd geweest en waar bevindt Rhys zich nu? Alleen Patrick kan meer duidelijkheid verschaffen. Alleen hij kan Myron en Win helpen ook Rhys in veiligheid te brengen. Maar Patrick zwijgt in alle toonaarden. Zijn ouders stellen zich inmiddels ronduit vijandig tegenover Myron en Win op. De twee vrienden begrijpen dat zij hun kind willen beschermen maar ze snappen niet hoe ze zo hardvochtig tegenover de ouders van Rhys kunnen zijn. Hun kind is de enige die het leven van Rhys kan redden. Patrick is de enige die een einde aan een tien jaar durende nachtmerrie kan maken.
Er is iets vreemds aan de hele situatie. Iets ondefinieerbaars. Weten Patricks ouders wel zeker dat de tiener die ze in hun armen hebben gesloten hun zoon Patrick is? Er klopt iets niet, maar Myron en Win weten niet wat. Het is een sluimerend gevoel van onbehagen dat zich in de schaduw van de strijd ophoudt. Auteur Harlan Coben is buitengewoon goed in het opbouwen van spanning en het voeden van nieuwsgierigheid. Daarnaast is hij een kei in het bedenken van verrassende plotwendingen. Ik was dan ook als lezer op alles voorbereid. Tenminste, dat dacht ik…
Harlan Coben heeft voor deze reeks twee echte testosteronbommen als hoofdpersonages gekozen. Myron en Win zijn twee stoere mannen die geweld niet schuwen en een zwak voor mooie vrouwen hebben. Hun machogedrag spreekt me niet altijd aan maar toch is Naar huis een formidabele thriller. De schrijfstijl van Coben is verrukkelijk. Hij vindt het niet nodig om de lezer bij de hand te nemen en voorzichtig het verhaal binnen te voeren. Integendeel: Harlan Coben gooit je meteen in het diepe. Zelfs de spanning is onmiddellijk voelbaar. Ook Myrons neefje Mickey, die de hoofdrol in een jeugdserie voor zijn rekening neemt, en zijn vrienden zijn van de partij. Wees voorbereid op verbazingwekkend goede verhaalwendingen en een ontknoping die niet alleen volkomen logisch maar ook totaal onverwacht is!
ISBN 9789022565254 | paperback | 381 pagina's | Uitgeverij Boekerij | november 2016
Vertaald door Martin Jansen in de Wal
© Annemarie, 19 december 2016
Lees de reacties op het forum en/of reageer, klik HIER
Pagina 67 van 214