De jacht op de Führer
Michiel Janzen
17 maart 1945.
Obersturmbannführer (gelijk aan luitenant-kolonel) Otto Skorzeny kijkt toe terwijl zijn mannen de brug bij Remagen proberen op te blazen. Die brug is in handen van de Amerikanen, die flink oprukken. Een jongeman overhandigt een briefje. Daarin wordt Skorzeny verzocht onmiddellijk terug te keren naar Berlijn. Daar wordt zijn geduld danig op de proef gesteld, zodat hij de tijd krijgt de sfeer in Berlijn te proeven.
‘De Führer was toen nog in een prima humeur. Hij ging ervan uit dat hij Moskou zou veroveren. Daarna zou de oorlog voorbij zijn. Letterlijk zijn woorden.’
Skorzeny pakt Günsche bij de schouder en houdt hem vast. Günsche is net zo groot als de Oostenrijker, maar die is steviger gebouwd. De Sturmbannführer houdt zijn pas in en kijkt om.
‘En jij,’ vraagt Skorzeny, ‘wat denk jij?’
Günsche kijkt hem nuchter aan. Hij zwijgt. Maar dan schudt hij heel kort zijn hoofd.
Skorzeny laat de schouder los en ze lopen verder. De mannen delen nu een geheim, net als de vele anderen in de hofhouding van de Führer. Allemaal weten ze het – niemand praat er over.’
Tenslotte krijgt hij zijn opdracht niet van de Führer, maar van diens naaste medewerker Reichsleiter Borman. Fall Grau, noemt deze de opdracht. Er wordt niet uitgelegd wat het inhoudt, dat maken we gaandeweg op uit de daden van Skorzeny. Hij bereidt namelijk diverse scenario’s voor om Hitler te helpen ontsnappen. Maar deze wil helemaal niet vluchten, hij is er van overtuigd dat hij zal winnen. En dat terwijl de Russen en de Amerikanen op Berlijn afstevenen.
En die hebben ieder voor zich ook plannen met de Führer.
Stalin heeft operatie Oeljanov gepland, waarvoor luitenant Yuri Durov uit de gevangenis is gehaald. Hij mag zijn helpers zelf uitkiezen, en onderneemt de tocht naar Berlijn met Aleksey Berdjajev, de Wit-Rus Vlad Trentjevitsj en Egoreymon Novikonov met in diens gezelschap een wilde boskat.
Later komt Helena erbij, een vrouw met vele talenten. Hun avonturen worden afgewisseld met het verhaal van Theodor Ernst Freiherr von Seitz, in Zuidwest-Afrika geboren met een Duitse vader en Poolse moeder, een talenwonder, met een bijzondere gave. Hij wordt door het Britse leger naar Berlijn gestuurd.
Drie verhaallijnen, drie opdrachten die te maken hebben met Hitler, maar niet hetzelfde doel hebben. Terwijl de oorlog zich steeds dichter naar Berlijn en tenslotte in de stad afspeelt, stijgt de spanning. Wie van de drie zal zijn doel bereiken?
Natuurlijk weet de lezer wel wat de afloop was in de realiteit, maar toch. De manier waarop dit verhaal zich ontvouwt maakt het erg spannend. Je gaat zelfs twijfelen aan de afloop!
Michiel Janzen combineert de feiten met verzinsels, een factiethriller.
Door het verhaal rond de Russen weten we wat er gebeurde aan het Oostfront, we lezen over vluchtelingen, schuilkelders, honger, kapotte huizen, over angst maar ook over arrogantie, hoop en verdriet. Werden echt mensen soms om niets doodgeschoten? En er is het verhaal van Berlijn, waar Skorzeny ronddoolt. Hij ziet de kapotgebombardeerde stad, de bunkers en constateert dat menigeen in het geheim zijn eigen plannen smeedt. En er is het verhaal van Von Seitz, dat iets minder uit de verf komt, maar het Westfront toont nauwelijks een ander beeld dan het Oostfront.
Het verhaal van Berlijn is het meest waar, de personages zijn bestaande personen, vaak klopt ook wat verteld wordt over hun daden. Maar Durov en Von Seitz zijn fictief en hun daden dus ook. Dat geldt niet voor de omgeving rond hun verhaal.
‘Opnieuw klinkt de schorre stem van Hitler uit de belendende kamer: ‘Die rapporten over de troepensterkte van het Rode Leger staan vol leugens. Ze zijn gebaseerd op Russische bluf!’
Goh, aan wie doet dit denken!
Tot op het laatste moment blijft Hitler geloven in een overwinning en de mensen om hem heen doen of ze hem geloven. Tot de allerlaatste ontreddering en totale chaos.
Janzen brengt deze wereld tot leven. Met zijn vlotte schrijfstijl en door de afwisseling van verhaallijnen is dit wederom een spannende thriller, een genot om te lezen, al lees je over een verbijsterende werkelijkheid.
Achterin het boek staan alle personages op volgorde van importantie, gesorteerd op afkomst.
Michiel Janzen (1967) schrijft factionverhalen, verhalen die deels fictie deels feiten zijn. Hij schreef o.a. Denken als een Generaal, Der Tag der Entscheidung, De Aanslag die moest gebeuren en Hitlers Geheime Ardennencommando.
ISBN 9789401471336 |paperback |440 pagina's | Uitgeverij Lannoo| oktober 2020
© Marjo, 24 januari 2021
Lees de reacties op het forum en/of reageer, klik HIER
Digitale engel
Marina Theunissen
Terwijl hij de hond uitlaat, verstoort een oudere man een groepje jongens die een meisje belagen. Gust, zo heet hij, wil zich er eigenlijk niet mee bemoeien, maar waarschuwt toch de politie.
Zo redt hij het leven van de vrouw, die intussen ook door een onbekende aangevallen is. Hij – of zij – heeft haar flink geraakt, ze moet onmiddellijk geopereerd worden, en blijft daarna lang in coma.
Mede doordat ze zich niet kan herinneren wie ze is, of wat er gebeurd is, is het personeel erg met haar begaan. Vooral de dokter die haar geopereerd heeft, Scott Scoffer. Hij is toevallig (?) aanwezig als ze wakker wordt.
Hij blijft haar dagelijks bezoeken, en Amor slaat toe. Scott vraagt haar ten huwelijk, en alles lijkt goed te komen met Abigail, zoals ze zichzelf nu noemt.
Maar: ze weet nog steeds niet wie ze is.
Eigenlijk hoeft ze zich daar niet druk om te maken, ze heeft het al moeilijk genoeg met het heden. Want die toekomst die zo mooi leek, is dat allesbehalve.
Scott is zo erg gesteld op orde en netheid, dat hij dat van haar ook eist. Ze heeft iedere dag een briefje met taken die ze moet uitvoeren. En hij wil niet dat ze de deur uit gaat, of op een andere manier contact heeft met haar redder, Gust. Of met haar nieuwe kennis, de tuinman van de buren.
Maar hij is overdag niet thuis, dus dan kan ze toch wel haar eigen leven leiden? Niet dus. Hoe het kan, ze heeft geen idee, maar als ze ook maar een stap naar de buitenwereld doet, staat hij heel snel voor haar. Hoe weet hij dat toch?
En er komen flarden terug van vroeger. Scott zegt dat dat niet kan, het zijn verzinsels.
Tegen de tijd dat de lezer ontdekt hoe het allemaal in elkaar steekt, is er bijna geen redding meer voor Abigail.
Kan ze ontsnappen uit deze situatie? Wie is Scott eigenlijk? En wat zijn zijn bedoelingen?
Dit is een psychologische thriller, we volgen een slachtoffer en een dader. De een wil er uit, de ander houdt haar tegen. De ontknoping begint met een bijzondere wending van het verhaal, die alles nog spannender maakt.
Het is die spanning en de onvoorspelbaarheid waardoor je eventuele andere onvolkomenheden voor lief neemt. Natuurlijk weet je als lezer nog niet wat er gaat gebeuren en achteraf is het verklaarbaar, maar in het begin gaat het allemaal wel erg makkelijk. Scott opereert de vrouw blijkbaar zonder onderzoek te doen. Hij is plastisch chirurg, wordt gezegd? Hoe kan het dat hij dan een hersenoperatie doet? En hij werd weggeroepen van huis waar hij een feest op touw had gezet. Daar wordt geen woord meer over gezegd: stonden zijn gasten voor niets aan de deur?
En hij is wel erg toevallig net aanwezig als ze wakker wordt uit haar coma. En de politie is er ook - erg toevallig - meteen.
Maar zoals gezegd: dat vergeet je, omdat het verhaal je daarna in zijn greep krijgt.
Marina Theunissen (Rijkhoven, 1946) was kleuterleidster en begon met jeugdboeken. Digitale engel is haar tweede thriller voor volwassenen.
ISBN 9789044839678 |paperback |256 pagina's | Uitgeverij C. de Vries-Brouwers| november 2020
© Marjo, 24 januari 2021
Lees de reacties op het forum en/of reageer, klik HIER
Mijn waarheid
Sandra J. Paul
In het kort is het verhaal simpel: Elias is een succesvol advocaat en Nathan verdient zijn sporen in het maken van mode – en natuurreportages. Ze zijn niet alleen neven, ze zijn ook de beste vrienden.
Als Elias Natalie ontmoet, de vrouw met wie hij zijn leven wil delen, stelt hij haar natuurlijk voor aan Nathan. Ook bij hem slaat de vlam in de pan en hij baalt er van dat Elias hem voor was, maar hij zal hun leven als beste vriend delen. Op de trouwdag is hij dan ook degene die een prachtige fotoreportage zal maken, zoals de bruid dat voor zich ziet: op de Blue Mountain, tegen een achtergrond van fraai luchten. Er nadert namelijk een storm.
Tijdens deze reportage stort Natalie in de afgrond. Een ongeluk, zegt Elias. Je hebt haar vermoord, zegt Nathan. Er zijn geen andere getuigen.
Wie spreekt de waarheid?
De manier waarop Sandra J. Paul ons deze waarheid zal onthullen is bijzonder. Ze heeft namelijk een omkeerverhaal geschreven, met in het midden de ontknoping. Je kan als lezer kiezen wiens verhaal je het eerst leest. De schrijfster heeft het probleem van deze keuze prima opgelost, hetgeen vast de nodige hoofdbrekens gekost zal hebben.
Mocht je namelijk beginnen met dat van Elias, het verhaal dat je openslaat als je aan de achterkant begint (te zien aan de barcode) dan kun je het geheel even goed volgen als wanneer je met Nathan begint. Natuurlijk zijn er verschillen, maar die beginnen pas vanaf het moment dat de levens van de twee vrienden andere paden gaan volgen.
Nathan reist voor zijn reportages de wereld rond, en Elias is naar Amerika vertrokken waar hij zijn opleiding afrondt en op een vooraanstaand advocatenkantoor komt te werken in een dorp aan de voet van Blue Mountain. Zijn baas vindt dat hij een gezin moet stichten en laat hij nu de perfecte kandidaat hebben: Natalie is zijn dochter. Wat in eerste instantie een verstandshuwelijk lijkt, verandert in een sprookjeshuwelijk. Elias en Natalie worden echt verliefd.
Zoals gezegd heeft zij zo haar eigen plannen voor die dag, en Elias geeft haar graag haar zin.
Het verhaal van Nathan geeft weer een andere kijk op wat je leest bij Elias. Als hij zijn neef er van beschuldigt zijn bruid vermoord te hebben, heb je als lezer echt geen idee: wie spreekt de waarheid?
Elias en Nathan hebben beiden zo hun plus- en minpunten, en een motief kun je ook voor allebei wel bedenken. Over Natalie, het slachtoffer, wordt alleen maar verteld vanuit het perspectief van de mannen, ze blijft een ‘onschuldig slachtoffer’.
De waarheid bevindt zich in het tussenstuk, dus heel nieuwsgierig begin je daaraan…
Laat het maar aan Sandra Paul over om het hele verhaal volledig op te schudden! De conclusie is absoluut verrassend.
Het verhaal wordt verdeeld in tijdstippen, toen en nu; datum en tijd, en die stukken worden gescheiden door twee pagina’s met daarop de zelfde tekening: de berg die een cruciale rol speelt. Behalve door de bijzondere vorm wordt de spanningsboog ook nog eens gecreëerd door steeds terug te springen in de tijd. Deze stijl wordt gehandhaafd in alle delen.
Een omkeerverhaal kennen we al wel van jeugdliteratuur, maar bij een thriller is het volgens mij niet eerder vertoond. Het is een eenmalige ‘truc’, maar deze schrijfster zal haar lezers wel weer op andere manieren verrassen. Geen twijfel mogelijk!
Mijn waarheid is schrijfster van psychologische thrillers als ook van spannende jeugdboeken voor Young Adults. Zij is samen met haar partner de oprichter en eigenaar van Hamley Books.
Dan schreef ze ook nog , onder het pseudoniem Joanne Carlton, Engelstalige boeken.
ISBN 9789463967389| paperback |500 (?) pagina's | Uitgeverij Hamley Books| september 2020
© Marjo, 14 januari 2021
Lees de reacties op het forum en/of reageer, klik HIER
Poppenhuis
David Hewson
Pieter Vos is een gebroken mens, sinds z’n tienerdochter Anneliese spoorloos is verdwenen.
Ooit maakte hij naam bij de Amsterdamse politie, maar nu heeft hij zich teruggetrokken op een woonboot, die hij op wil knappen. Z’n vrouw Liesbeth is van hem gescheiden en heeft inmiddels een relatie met Wim Prins, een populistisch politicus met een eigen agenda. Hij wil een soort Nachtwacht oprichten, om definitief een einde te maken aan de criminaliteit in Amsterdam. En dan verdwijnt z’n dochter.
Hoewel de zaak overeenkomsten lijkt te hebben met de verdwijning van de dochter van Pieter Vos, is er een belangrijk verschil. Nu wordt er namelijk losgeld geëist. Wim Prins is van mening dat z’n dochter, die na de zelfmoord van haar moeder aan de drugs verslaafd is geraakt, de ontvoering zelf in scene heeft gezet, om op deze manier aan geld voor haar verslaving te komen.
De jonge rechercheur Laura Bakker gaat in het Rijksmuseum op zoek naar Pieter Vos, die op een bank naar een groot poppenhuis zit te kijken. Ze is door Frank de Groot naar hem toegestuurd. Pieter ziet in haar een provinciaals meisje uit Friesland, dat niets te zoeken heeft in Amsterdam. Frank de Groot wil dat Pieter zich samen met haar bezig gaat houden met de vermissing van de dochter van Wim Prins.
En dan is er Jimmy Menzo, die zich min of meer als de nieuwe koning van de Amsterdamse onderwereld beschouwd. Theo Jansen, z’n laatste concurrent is 2 jaar geleden in de gevangenis beland en Jimmy Menzo heeft zijn imperium in handen weten te krijgen. Twee Surinaamse jongens staan in zijn kantoor en moeten iets voor hem doen. Wat dit precies is, komen we later wel te weten. Jimmy Menzo is een gewetenloze crimineel, die zich onder andere met drugshandel en prostitutie bezig houdt. Hij is geen crimineel die je in de boeken van Baantjer tegenkomt, zo’n boef die weliswaar aan de andere kant van de wet staat, maar die toch wel z’n grenzen heeft, maar iemand die werkelijk over lijken gaat. Theo Jansen lijkt eerder weggelopen uit een boek van Baantjer, maar schijn bedriegt.
Al deze draden komen uiteindelijk samen in een spannend verhaal. Haar collega’s kijken een beetje neer op Laura Bakker, omdat ze uit de provincie komt en niet uit Amsterdam, dat zich maar wat graag het centrum van Nederland waant. Laura blijkt echter niet het naïeve meisje, waar iedereen haar voor houdt, te zijn. Ze heeft een scherpe blik en draagt echt haar steentje bij aan de oplossing.
David Hewson heeft met dit boek weer een basis gelegd voor een spannende serie, waarin inmiddels al een paar delen zijn verschenen.
ISBN 978 90 225 6800 2 | Paperback | 382 pagina’s | Boekerij | 2014
vertaald door Henny van Gulik
© Renate 31 oktober 2020
Lees de reacties op het forum en/of reageer, klik HIER
De Genesissleutel
Jeroen Windmeijer
Ángel Trustfull is piloot bij een maatschappij die met toeristen over Nazca vliegt. De lijnen van Nazca zijn in trek bij buitenlanders. Het is dan ook nog steeds een raadselachtig fenomeen. Vanuit de lucht zie je ze het beste: tientallen figuren van dieren en andere geometrische vormen zo'n 2000 jaar geleden in de woestijngrond gemaakt zijn door indianen.
Als hij met Lucinda, meestal Luz genoemd, een vlucht maakt over dat gebied zien ze een man liggen. Het is een gelukkig toeval dat er die dag een demonstratie is gericht tegen de bouw van een buitenlandse onderneming, en dat daardoor de snelweg die door de woestijn loopt afgesloten is: ze kunnen nu een landing maken en de onbekende helpen.
De man is er slecht aan toe, en kraamt onzin uit: ‘Het oog! Waar zijn de doden?’
De piloten brengen hem naar het ziekenhuis, waar hij overigens al snel weer uit verdwijnt. Ze ontdekken dat het padre Tomás is, een van de priesters die actief is in de Parroquia Santiago Apostel de Nazca. Ángel vindt een notitieboekje in zijn vliegtuigje, dat vol staat met vreemde tekeningen en citaten die uit het boek Genesis blijken te komen.
Waar is die man mee bezig? Wat deed hij daar in de woestijn?
Dat vraagt ook padre Alvaro zich af. Hij heeft geconstateerd dat de padre zich eigenaardig gedraagt. Hij besluit een kijkje te nemen op de kamer van padre Tomás, waar hij een bijbel vindt waarin strookjes zitten met aantekeningen. Padre Alvaro ontdekt dat ze steeds op plekken zitten waar teksten staan die dubieus zijn. Want men negeert al eeuwen het feit dat er niet staat God schiep de wereld', er stond namelijk 'Elohim' en dat is meervoud! En zo zijn er meer kwesties. Al heeft hij zich daar nooit vragen over gesteld, het is duidelijk dat padre Tomás dat wèl doet. Maar waarom?
Ángel krijgt een appje van zijn baas: er zijn twee onbekende mannen op zoek naar hem en Luz. Ze willen weten wie de broeder gevonden heeft en in welke toestand. De directeur heeft hun namen genoemd en verteld over het boekje. Als Ángel dan zijn kamer in grote wanorde aantreft, is het onvermijdelijk. Hij wil weten wat hier aan de hand is! Die mannen willen het notitieboekje! Waarom?
Wat heeft het boek Genesis te maken met de lijnen van Nazca?
Wat voor geheimen heeft padre Tomás? Maar vooral: wie zijn die onbekenden en wat willen ze?
‘Maar dit klinkt mij net als de wetenschappers ook te fantastisch in de oren om te kunnen geloven,’ zei Ángel.
‘Dat is alleen maar omdat het niet overeenkomt met wat je op school hebt geleerd,’ zei Patricio. ‘Er is geen andere reden, echt.’
Wie eerder een boek las van Jeroen Windmeijer weet dat je niet moet gaan lezen als je eigenlijk geen tijd hebt. Want voor je het weet ben je het boek ingezogen en wil je het ongelooflijke spannende avontuur blijven volgen. Ook De Genesissleutel is een reli-thriller, dat wil zeggen dat er elementen van godsdienstige aard in het verhaal verwerkt zijn. In dit geval wordt het scheppingsverhaal onder de loep genomen, op zeer intrigerende wijze. Want: is wat wij geloven niet ook iets wat we geleerd hebben alleen maar omdat mensen van oudsher bepaalde interpretaties aangenomen hebben als zijnde de meest logische oplossing van raadsels?
We hebben bijvoorbeeld geen idee wat de lijnen van Nazca eigenlijk betekenen. Misschien hebben ze niets met religie te maken, maar we weten het gewoonweg niet.
Jeroen Windmeijer weet op overtuigende manier te vertellen over de geheimen en mysteries die nog steeds bestaan in de wereld van de geschiedenis en godsdienst. Hij is antropoloog, heeft veel gereisd èn kan fantastisch schrijven. Ook in deze thriller wisselt hij van vertelperspectief en maakt hij gebruik van cliffhangers, waardoor de lezer haast gedwongen wordt om door te lezen.
De lange lijst met geraadpleegde boeken en websites toont ook zijn belezenheid aan. Wie meer wil weten en feiten opzoekt ontdekt vanzelf dat het geen onzin is die hij verkoopt.
Of misschien toch een beetje? Maar dat hangt er van af wat je gelooft, wat je wil geloven…
Antropoloog Jeroen Windmeijer (1969) debuteerde in 2015 succesvol met Het Petrusmysterie, een thriller waarin Romeinse en Bijbelse geschiedenis verweven worden met de geschiedenis van zijn woonplaats Leiden. Daarna volgden Het Pauluslabyrint, Het Pilgrim Fathers Complot, De Offers, Het Isisgeheim (met Jacob Slavenburg. Zijn werk is naar verschillende talen vertaald.
ISBN 9789402706512 | paperback |400 pagina's | Uitgeverij Harper Collins| oktober 2020
© Marjo, 10 januari 2021
Lees de reacties op het forum en/of reageer, klik HIER
Doodsengelen
Wouter Helders
Sam de Wild heeft een opdracht: Murat Guzman, politiek leider van Iraaks-Koerdistan uitschakelen. Daarbij stuit hij op Alan Sivan, zoon van een Koerdische moeder en Duitse vader. Deze meldde zich bij de Bundeswehr en werd vanwege zijn tweetaligheid al snel gerekruteerd voor de special forces. Hij was in Irak, Afghanistan, Congo, Rwanda, Libië en Pakistan op missie. Na de dood van zijn vrouw en zoontje – aanslag door rechts-extremisten? - bekeerde Alan zich tot de islam, en vertrok naar Koerdistan en is hij met zijn team de lijfwacht van Guzman.
Sam heeft een soortgelijke achtergrond als Alan, hij was commando, maar wegens ongeoorloofd geweld ontslagen. Als Alan zijn antecedenten onderzoekt – bij de Mossad! - ontdekt hij dat Sam de Wild dood en begraven is. Wat speelt hier? En voor wie werkt hij dan?
De aanslag op Guzman mislukt, maar Sam krijgt een herkansing als de politicus naar Brussel komt, waar hij geïnterviewd zal worden door Sofie Lafleur, EU-correspondent, azend op een grote scoop.
Er zijn nog meer spelers in het ingewikkelde politieke spelletje dat gespeeld gaat worden, en waarbij meerdere landen betrokken zijn. In Nederland hebben we Hein de Rijcke, die met enkele slimme, doelbewuste, maar onethische ingrepen de leider wordt van de VPN (= Volkspartij Nederland), een sterk groeiende politieke partij. Hij wordt 'gestuurd' door Isaac van Ierland, AIVD-er, een man die weet hoe hij aan de touwtjes moet trekken om steeds meer macht naar zich toe te trekken. Hij beoogt het leiderschap van Nederland.
Wat is de rol van Guzman hierin? En die van Sofie?
‘Hij had het ideale speelveld gecreëerd. Alle ingrediënten voor de perfecte politieke storm verzameld en gebundeld tot een eigentijdse Hollandse stamppot die nu op het punt stond gaar te koken.’
In hoofdstukken waarboven - heel fijn! - steeds vermeld staat op welke locatie we ons bevinden en welke datum het is, wordt langzaam maar zeker een duivels complot ontrafeld. Die locaties bevinden zich vooral in West-Europa en het Midden-Oosten. De spil lijkt Iraaks-Koerdistan, en de wens van Guzman een autonome staat op te richten, maar er is veel meer aan de hand.
Dit geheel is een spannend verhaal, dat elementen van waarheid bevat maar gelukkig ook heel veel fictie. Er is het tweegevecht van Alan en Sam, dat om Guzman draait maar bijna persoonlijk wordt; er is er een verhaallijntje over kinderhandel, en een stuk Nederlandse politiek. Plus de politieke gebeurtenissen in Koerdistan, vrij actueel.
Vanaf het begin is het al duidelijk dat het geen lief verhaaltje wordt. Het begint met een fel hondengevecht, beschreven met veel gruwelijke details. We hebben te maken met een snoeiharde thriller, vol actie, en met veel vaart, over een wereld vol politieke intriges, over machtsmisbruik en geweld. Veel geweld.
Tot op het laatst word je in onzekerheid gehouden hoe het allemaal precies in elkaar steekt. Maar je wilt wel weten hoe het allemaal zit.
Als lezer kun je alleen maar hopen dat dit soort spelletjes in de realiteit niet mogelijk zijn.
Militair journalist Wouter Helders, officier bij de Koninklijke Landmacht kent de wereld waar hij over schrijft. Doodsengelen is zijn vierde actiethriller met in de hoofdrol Sofie Lafleur, de Vlaamse journalist, en Sam de Wild, de onverschrokken geheim agent.
ISBN 9789493192041 | paperback | 260 pagina's | Uitgeverij LetterRijn | oktober 2020
© Marjo, 23 december 2020
Lees de reacties op het forum en/of reageer, klik HIER
Undercover – Alles of niks
Hugo Luijten
Als je bij de politie werkt, heb je nooit rust. Daar komt undercoveragent Bob Lemmens achter als hij met zijn vrouw en kinderen naar het zwembad gaat voor een gezellige middag. Voor hij het water zelfs maar ziet wordt hij aan zijn mouw getrokken door zijn baas. Bob zegt onmiddellijk:
‘Wat je vraag ook is: “nee” is het antwoord.’
Nick zegt evenwel dat er niemand anders is die het kan doen. En Bob hoeft alleen maar wat kleinigheden boven water te krijgen.
Waar het om gaat? Een bedrijf in Limburg, vlak bij de grens met België, ooit begonnen met grijpers op de kermis en gokmachines is nu actief in vastgoed, met name in horecabedrijven. Niets mis mee, ware het niet dat het bedrijf op ingenieuze wijze sjoemelt met die bezittingen en dan ook verdacht wordt van witwaspraktijken. Dat gaat over wel twee miljoen euro in de maand!
Bob laat Nick alles vertellen, terwijl hij een slag om de arm houdt. Zijn vrouw zal namelijk woest zijn!
Maar natuurlijk stemt hij toe.
Hij moet een café gaan uitbaten in Kinrooi. Dat is een horecapand waar de familie Deponti, met name tante Mie, die met harde hand de clan leidt, haar zinnen op gezet heeft. Ze zullen dus zeker polshoogte komen nemen als Bob daar zit.
Het gaat van een leien dakje. Binnen de kortste keren is Bob bijna kind aan huis bij de familie, die echt gajes is, met hun roots stevig in het Limburgse.
Hij weet steeds meer vertrouwen te winnen. Behalve van zoon Dylano. Maar die blijkt dan ook plannen te hebben, waar hij zeker geen pottenkijkers bij wil. De andere zoon, Randy, is een harde kerel met losse handjes, maar hij houdt nogal van een borrel, en daar kan Bob mooi gebruik van maken.
De zwakke schakel, wat Bob betreft, is Samantha, die de financiële kant beheert. Zij probeert hem te verleiden. En door hun vertrouwelijkheid laat Bob te veel los over zichzelf. (Is het eigenlijk niet al raar dat een undercoveragent onder zijn eigen naam gaat opereren!)
In dit wespennest probeert Bob zijn opdracht te vervullen, met gevaar voor eigen leven en dat van zijn gezin. Het speelt zich af in de grensstreek, en Hugo Luijten zou Hugo Luijten niet zijn als hij daar niet ten volle van zou profiteren: er wordt nogal een eens een woordje Limburgs gebezigd. Daarnaast is de familie ook niet vies van harde taal. Daar blijft het niet bij: geweld, ach. Een dode meer of minder, soit.
Als het geld maar binnenstroomt.
‘Hij smeet het stuur naar links en de achterkant van de auto schoof opzij over het asfalt. In de spiegel zag hij hoe Verkissen in de koplampen van Randy de straat over draafde. Met een akelige smak schepte Randy hem in volle vaart, zodat het lichaam over de auto tuimelde en op de fabrieksinrit kwakte.
Bob trapte net op tijd op de rem voor een scherpe bocht. Zo hard hij kon jakkerde hij over een viaduct dat zich als een ophaalbrug voor hem uitstrekte. Weer een bocht die hem zwaar deed overhellen. Plankgas schuurde hij met hoge toeren over een lang recht stuk, terwijl de lampen van Randy achter hem al de binnenkant van zijn auto verlichtten. Dat zou niet lang meer duren. Een weg naar links. Shit, afrit van de autoweg.
“Ga terug!” vloekten de borden in fluorescerend geel.’
De charme van dit verhaal ligt in al het geklungel, zowel aan de kant van de slechteriken als die van de bestrijders van de misdaad. Maar vergis je niet: Undercover is een keiharde thriller, die als een sneltrein door Limburg, zowel Nederlands als Vlaams, raast, met in zijn kielzog de nodige slachtoffers.
Hugo Luijten (Nieuwstadt, 1969) is een Belgisch-Nederlandse schrijver, columnist en historicus.
‘Undercover – Alles of niks’ is een nieuwe verhaallijn in boekvorm bij de populaire tv-reeks Undercover op VRT en Netflix, geproduceerd door De Mensen.
ISBN 9789401471886 | Paperback | 366 pagina's | Uitgeverij De Mensen/Lannoo | oktober 2020
© Marjo, 11 december 2020
Lees de reacties op het forum en/of reageer, klik HIER
Wacht maar af
Loes den Hollander
‘Ik wil mezelf herkennen, want ik ben dezelfde nog, en toch ben ik dezelfde niet.’
Franka, de ik-verteller – wordt wakker in een omgeving die ze niet kent. Een ziekenhuis? Waarom is ze daar? En waarom vraagt die verpleegkundige haar of ze thee wil? Ze lust helemaal geen thee!
Maar de vrouw vertelt haar dat ze alle dagen dat ze daar al is, thee heeft gedronken.
Het lijkt een kleinigheid, maar dit betekent wel dat ze niet meer is wie ze was. Natuurlijk schakelt ze weer snel over op koffie, maar er zijn wel meer dingen. Ze is weken uit haar leven gewoon kwijt. Ze herinnert zich dat ze bij haar moeder was die wilde vertellen over een prijs die ze gewonnen had, maar of haar moeder het haar ook verteld heeft? Ze weet nog dat ze een vaas wilde pakken en op weg was naar de kelder, maar dan… niets meer.
Een dokter – zeg maar Wolf - vertelt haar dat ze geopereerd is, ze had een aneurysma in haar hoofd, die een bloeding heeft veroorzaakt. Na twee weken in het ziekenhuis is ze nu op de revalidatieafdeling van een verpleeghuis.
Als ze voor de tweede keer wakker wordt, is Brent er. Dat weet ze: dat is haar elf jaar jongere echtgenoot. En er is een ex, Dries, die bij haar weggegaan is omdat hij kinderen wilde en Franka daar geen zin in had. Brent vertelt haar dat haar moeder overleden is, zes dagen nadat Franka de hersenbloeding kreeg. Brent heeft intussen de crematie al geregeld. Franka is – begrijpelijk – nogal van slag. Behalve dat haar moeder er niet meer is, gedraagt Brent zich anders, hij kondigt inderdaad aan dat hij even een time-out wil. Huh? Wil hij nu ook ineens kinderen?
Franka is veel afgevallen en heeft nog steeds geen eetlust. Ze heeft veel hoofdpijn, en moet aan de therapie, waar ze niet altijd zin in heeft.
Er gebeuren ook vreemde dingen: ze krijgt brieven van haar moeder! Het is toch diens handschrift? Maar ze is overleden! Ze weet ineens niet meer of ze de mensen die ze altijd vertrouwd heeft, nog kan vertrouwen. Ligt dat aan haarzelf, of gedragen haar man, haar ex en haar halfzus zich inderdaad anders? Franka wendt zich liever tot haar collega-vriendinnen…
Het duurt wel even, maar langzaam herstelt ze zich weer. Al beseft ze dat ze niet meer de oude Franka is. Maar: dat is maar goed ook!
Er zijn mensen die denken dat ze maar alles met haar kunnen doen wat zij willen. Ze zullen ontdekken dat ze niet meer zo volgzaam is.
Maar eerst moet ze naar huis, ze heeft rust nodig om alles op een rijtje zetten. Want er kloppen een aantal dingen niet. Een ervan is dat thuis nu niet meer bij Brent is. Ze heeft het huis van haar moeder geërfd, en haar man, ex en halfzus hebben haar spullen verhuisd. Dachten ze echt dat ze niet beter zou worden?
“Ik ben er weer, in versie 2.0. Dat betekent: minder snel bang, minder afwachtend en minder soft. Waar medelijden en medeleven vroeger begrippen waren die aan mij vastgeplakt leken te zitten, ben ik tegenwoordig niet meer in staat om diep te voelen. Het lijkt of een deel van mijn gevoelsleven verdwenen is.”
Af en toe zijn er korte hoofdstukken in een ander lettertype waarin we lezen hoe iemand de volle maan afwacht om snode plannetjes uit te voeren. Geen idee wie dat is! En wat die persoon van plan is!
Spannend dus! Zal Franka deze persoon weerstand kunnen bieden?
‘Wacht maar af’ is de 26e thriller van Loes den Hollander, die in 2018 aan den lijve ondervond wat het betekent om te herstellen van een hersenbloeding en haar ervaringen verwerkte in dit boek dat tegelijk een thriller is geworden zoals we die van haar kennen. Spannend tot op het laatst, en met verrassende wendingen.
Loes den Hollander (Nijmegen, 1948) schreef al vijfentwintig thrillers en is jaren een bestsellerauteur.
ISBN 9789461094711 | paperback | 300 pagina's | Uitgeverij de Crime Compagnie | november 2020
© Marjo, 1 december 2020
Lees de reacties op het forum en/of reageer, klik HIER
Dodemanstango
Geir Tangen
In Haugesund begint een moordenaar aan zijn gruwelijke voornemen. Hij is ‘de dode man’ en hij wil wraak. Natuurlijk weet de lezer voorlopig niet waarvoor, en waarom deze mensen de dood moeten vinden.
‘Het verraad. Zij was de eerste. Achter haar stond de rest van de zondaars in het donker. De vernedering. De lafheid. De verachting. Ze hadden hem aangeboden als een offer op het altaar van Korach. Achteraf gezien hadden ze hem natuurlijk moeten cremeren. Het was altijd lastiger om dan uit de dood op te staan.’
Als de slachtoffers worden gevonden heeft de politie geen idee met wie ze te maken hebben. Het duurt ook even voor ze verband leggen.
Het eerste slachtoffer werd levend opgegeten door ratten. Het tweede slachtoffer vond de dood door wespen; hij was allergisch. Er volgen nog anderen.
Forensisch rechercheur Ăse Frugård werkt samen met Olav Scheldrup Hansen van de landelijke politie. Hansen van Kripos komt uit Oslo. Hij is in Haugesund vanwege een andere zaak.
Die andere zaak heeft te maken met wat inspecteur Lotte Skeisvoll en journalist Viljar Gudmundsson eerder gedaan hebben. Viljar heeft een man vermoord, Geirmund Bakken, en Lotte was ter plekke en heeft het lijk verplaatst. Ook heeft ze Viljar een alibi gegeven (dat verhaal wordt verteld in het tweede deel van deze trilogie, ‘Hartenbreker’)
Er is nieuw bewijs opgedoken. Er wordt een man verdacht die zoals Lotte en Viljar weten onschuldig is. Een Serviër, misschien een terrorist? Maar wie of wat hij ook is, hij is niet de dader, en dat feit speelt Lotte parten. Als Viljar zich aangeeft komt ook haar rol uit. Als ze niets zeggen, heeft ze geen rust.
Dan blijkt dat die Serviër dood moet zijn. En dat kan niet.
Lotte werkt ook aan de zaak van de gruwelijke moorden. Totdat ze ontdekken wat het verband is, en daar blijkt Lotte persoonlijk iets mee te maken te hebben. Ze wordt van de zaak gehaald.
Intussen is Viljar cold cases aan het onderzoeken voor een serie in de krant. Blijkbaar raken ze gevoelige snaren, want Viljar is zijn leven niet meer zeker.
Is er verband tussen al deze gebeurtenissen? En hoe zit dan dan?
In snel tempo volgen de gebeurtenissen zich op. Dit is geen boek dat je even rustig weg legt, want om de draad te kunnen vasthouden heb je al je aandacht nodig. Verschillende personages wisselen elkaar af, en Geir Tangen zet je verschillende keren op het verkeerde been.
Viljar heeft het extra lastig omdat hij nog geblesseerd is en er een ambitieuze collega zijn scoops wel wil hebben. Zijn conditie is slecht, hij rookt te veel en een borrel lust hij ook wel. Van opruimen heeft hij nooit gehoord. Van taken delegeren ook niet overigens.
Lotte daarentegen is erg precies. Die stopt zelfs om de komkommers in het krat bij de groenteboer netjes recht te leggen. Daarnaast is ze ambitieus, zij vindt dat ze als vrouw net zo veel in haar mars heeft als haar mannelijke collega’s die haar liever zien gaan dan komen. Behalve Ăse Frugård dan.
Het conflict met haar werk en met zichzelf is een mooie verhaallijn.
‘Veel’ is het leidmotief van Geir Tangen: Alles – en dat is dus veel! – wat er gebeurt in dit boek speelt zich in een enkele week af. Veel personages, veel locaties, veel ideeën en veel vermoedens, veel verkeerde conclusies.
En als lezer doe je daar ook nog eens aan mee, je wilt natuurlijk proberen of je er zelf achter kunt komen hoe het allemaal in elkaar steekt. Succes!
Geir Tangen (1970, Øystese, Noorwegen) is met meer dan 170.000 lezers de populairste crimeblogger van Noorwegen. Het meesterwerk is zijn thrillerdebuut, het eerste in de trilogie waarin Dodemanstango het laatste is.
ISBN 9789044351248 | paperback | 368 pagina's | Uitgeverij House of the Books | oktober 2020
Vertaald uit het Noors door Rymke Zijlstra
© Marjo, 30 november 2020
Lees de reacties op het forum en/of reageer, klik HIER
Concert in mineur
JT-mysterie: Deel 6
Walther van Venrooij
Peter Polak heeft geen idee wie toch die dreigbrieven schrijft. Hij heeft er nu al drie ontvangen. Die persoon moet het een en ander van hem weten, onder andere dat hij in Amsterdam en Leeuwarden was en nu weer thuis is in Nijmegen.
‘Ga terug naar je vrouw! Als je Krista niet loslaat, zal dat je dood zijn!’ staat er. De schrijver moet er dus ook van op de hoogte zijn dat hij van zijn vrouw Dori wil scheiden en met Krista verder gaan. Maar dat weet nog niemand behalve de betrokkenen!
Dat zijn dezelfde personen die later verdachten zijn, als Polak tijdens de pauze van het concert dat hij gaf dood wordt aangetroffen in zijn kleedkamer.
Omdat hoofdcommissaris Johan Kortekaas bevriend is met Polak - en hij was ook bij de uitvoering aanwezig – vraagt hij aan Joost Ternate om de zaak over te nemen. Hij werkt dan samen met politie-inspecteur Stefan van Drongelen.
Het is een vreemde zaak: er stonden wakers voor de deur van de kleedkamer, en zij weten het zeker: er is niemand in of uit gegaan tijdenns de pauze! Zelfmoord dan? Maar iedereen die ondervraagd wordt, weigert dat te geloven. Joost Ternate gaat er dan ook van uit dat iemand er toch op de een of andere manier in geslaagd is om het doosje te pakken te krijgen waarin de pillen zaten die Polak geregeld slikte. Dat was nu een pil met cyanide, de onbetwistbare oorzaak van zijn dood.
Zoals gezegd zijn degenen die mogelijk de dreigbrieven hebben geschreven ook verdachten: Youri, bij wie Krista woont. Zij speelt piano voor hem – en doet nog meer dingen waar ze niet meteen over praat, en verzorgt de huishouding. Youri was van plan om Krista zelf in te palmen. Hij wist dat ze weg zou gaan. Peter Polak was een bevriend met Youri, en had het hem verteld.
Pjotr, de secretaris van Youri, die zou het in opdracht gedaan kunnen hebben.
De echtgenote natuurlijk, Dori, die de scheiding helemaal niet aan zag komen, en dat vanwege haar geloofsovertuiging absoluut niet wilde.
Hun zoon, wel verdacht van de moord, niet van het schrijven van de brieven.
Op het landgoed woonde ook nog Danny. Je kon hem niet uitvlakken al was zijn motief onduidelijk.
En dan is er nog Jos, een hele goede vriend van Dori, met wie ze op een toneelclub kennis gemaakt heeft.
Aan Joost de taak om uit te zoeken wat er gebeurd is, en wie de dader is.
Er valt nog een slachtoffer, maar of dat de zaak vereenvoudigt? Want wat is het motief? Iets in de relationele sfeer? Geld? De KGB (je weet maar nooit)?
Dit is het zesde boek rond de privédetective Joost Ternate. Op de achtergrond is er zijn vrouw Inge, met wie hij de zaak bespreekt. Zij vertelt hem verhalen uit de mythologie en weet Joost soms op het goede spoor te zetten.
De verdachten krijgen ook de kans hun zegje te doen, dan zijn er cursieve stukjes tekst. Toch is het niet zo dat de lezer op deze manier ontdekt wie de dader is. Je kan zo je gedachten hebben, maar…
En ook al weet je het antwoord op die vraag wel als het boek uit is, dan blijven er nog andere vragen onbeantwoord.
Het boek leest lekker weg, en het is altijd leuk als blijkt dat je soms helemaal de verkeerde verdenkt!
Walther van Venrooij deed wetenschappelijk onderzoek aan de Radboud Universiteit, waarna hij met het schrijven begon. Eerst voor kinderen, daarna voor volwassenen. In 2016 verscheen zijn eerste misdaadroman met inspecteur Joost Ternate in de hoofdrol, intussen is het al een hele serie!
ISBN 9789463652728 | Paperback | 208 pagina's | Uitgeverij Elikser | oktober 2020
© Marjo, 22 november 2020
Lees de reacties op het forum en/of reageer, klik HIER
Pagina 30 van 214