Doodstil
Paul Weelen
In dit boek is niets wat het lijkt. Hoewel...
Het begint allemaal vrij rustig, Matthias heeft weer een inbraakopdracht van Frans. Dat wordt een eitje. Er is hem verteld dat niemand thuis zal zijn en geen bewakingsapparatuur aanwezig is. Een ding is deze keer echter wel anders dan anders, hij moet ook een schilderij meenemen. Frans heeft het schilderijtje goed beschreven dus ook dat kan niet misgaan. Helaas voor Matthias is er wél iemand thuis...
Harrie is een opruimer, in die zin dat bommen of andere explosieve waar ontmantelt. Elke melding opnieuw is het spannend of het een fake melding was of dat er echt wat gevaarlijks ligt.
En dan hebben we Marriët en haar man Henry. Zij krijgt af en toe eens wat van haar dementerende tante Leen. Ze wil de spullen niet aannemen maar tante staat er op. Dit keer is het een vaasje dat ze mee naar huis neemt, wat ze gelijk te koop zet op Marktplaats. Toevallig is het van dezelfde kunstenaar als het schilderijtje dat Matthias mee moest nemen.
Hanneke woont samen met Frida, zij is griffier en heeft een erge hekel aan rechter Heijnen. Op en dag doet ze iets wat verstrekkende gevolgen heeft. Gelukkig weet ze dat op dat moment nog niet.
Als laatste moet de gedeprimeerde thrillerschrijver genoemd worden. Net als alle andere personages krijgt hij ook zijn eigen hoofdstukken. De schrijver wordt niet erkend als zijnde een groots schrijver, ondanks de dertig boeken die op zijn naam staan. Het is iets wat hij maar moeilijk kan accepteren. Hij wil in één adem genoemd worden met de aanbeden literairechrijvers, maar helaas, dat niveau bereikt hij volgens de 'deskundigen' niet. En nu heeft kanker. Hoe kan hij alsnog naam maken?
Ziehier de ingrediënten voor de nieuwe thriller van Paul Weelen. Heel langzaam raken alle personages met elkaar verweven, ondanks dat ze elkaar aanvankelijk niet kennen. Elke keer voegt Weelen iets toe waardoor je denkt dat je iets begint te begrijpen wie achter al die 'toevallige' zaken zit. Want toevallig is het wel dat de naam van de kunstenaar van het schilderijtje steeds weer opduikt. Hoe kan dat? Wat is het verband?
Er vallen ook doden, gewild en ongewild en de personen moeten zich ermee zien te verhouden. De een is in paniek, de ander aanvaardt.
Bovendien waart er ook nog een geheimzinnig virus rond, corona genaamd....
Uiteindelijk weet Paul Weelen iedereen op het verkeerde been te zetten en blijft je redelijk verbluft achter.
Het is geen nagelbijtend spannend verhaal maar wel een heel bijzonder, verrassend, goed en vlot geschreven boek. Echt een boek zoals we van Paul Weelen gewend zijn.
Een prima verhaal!
ISBN 97894930498294 | Paperback | 200 pagina's | Uitgeverij Tic | 25 november 2020
© Dettie, 20 november 2020
Lees de reacties op het forum en/of reageer, klik HIER
Het meisje onder de boom
Sara Blaedel
Louise Rick – bij lezers van Blaedel wel bekend – is in Thailand als haar het bericht bereikt dat haar broer in het ziekenhuis ligt. Mikkel is tweeënhalf jaar jonger. Broer en zus zijn altijd erg goed met elkaar geweest, en Louise pakt dan ook haar koffer en vertrekt. Daarbij laat ze haar nieuwe vriend, diens dochter en haar pleegzoon achter, wat niet bij iedereen in goede aarde valt. Maar daar maakt ze zich even niet druk om, haar broer is belangrijker.
Toch had ze niet het verwacht: Mikkel heeft een zelfmoordpoging gedaan nadat hij, notabene voor de tweede keer, verlaten is door zijn vrouw Trine. Hij ziet het niet zitten om weer met hun twee jonge kinderen achter te blijven.
Louise was voor haar vertrek voor een lange reis werkzaam bij de Speciale Opsporingseenheid. Haar werd gevraagd te vertrekken toen ze een relatie kreeg met haar collega. Binnenkort begint ze aan een nieuwe baan.
Intussen is haar beste vriendin Camilla, onderzoeksjournalist, er op gebrand te schrijven over de vondst van een gemummificeerd lijk. Het is gebleken dat het van Susan Dahlgaard is, die in 1995 als veertienjarige tijdens een schoolkamp verdween. Men dacht dat ze weggelopen was. Er is nog niet bekend of er sprake is van een misdrijf. Blijkbaar lag het meisje in een grot die afgesloten was door een grote steen en een boom.
Camilla is op zoek naar Trine, van wie ze weet dat die ook op dat schoolkamp was. Bij Trines woning loopt ze tot beider verrassing haar vriendin tegen het lijf, die zolang in het huis van haar broer logeert. Samen gaan ze op zoek. Waar is Trine gebleven? Louise doorzoekt het huis, en behalve dat ze constateert dat haar schoonzus niets meegenomen heeft, vindt ze een foto met daarop Pia, Trine en Susan, tijdens dezelfde schoolreis in 1995. Ook ene Nina en Mona waren er bij.
Als Camilla Pia als eerste opzoekt om haar te interviewen, blijkt die net zelfmoord gepleegd te hebben.
Is er verband tussen de twee zaken? Wat is er gebeurd tijdens dat schoolkamp?
En: duikt Trine weer op?
Na een proloog in cursieve tekst waarin verteld wordt over een meisje dat zich in een zeer benarde situatie bevindt begint het verhaal, op het moment dat Louise terug geroepen wordt uit Thailand. Er komen nog meer stukjes cursief, maar die verklappen weinig natuurlijk, de spanning zou er af zijn!
De gebeurtenissen tijdens het schoolkamp, de verdwijning van Trine en de zelfmoord van Pia houden Louise en Camilla flink bezig. Louise heeft privé ook nog het een en ander te behapstukken: wil ze de relatie voortzetten? Ze twijfelt ook over de nieuwe baan, en een andere collega ziet dat. Pak je jezelf bij elkaar, zegt hij. Doe iets.
Maar er zijn ook nog de zorgen om Mikkel, en om diens kinderen.
Behalve een superspannende plot zijn er de persoonlijke verwikkelingen die er in een thriller van deze tijd bij horen. Deze vijfde thriller kan los van de andere gelezen worden, maar het privé gedeelte loopt wel door in de verschillende boeken.
Sara Blaedel (1964) was journaliste en werkte voor de Deense televisie. Ze debuteerde in 2004 als misdaadauteur en ontving de debuutprijs van de Deense Academie van Misdaadschrijvers. Ze is al drie keer verkozen tot favoriete auteur van Denemarken. Het meisje onder de boom is het vijfde deel uit de serie met Louise Rick als hoofdpersoon.
ISBN 9789044359817 | paperback | 320 pagina's | Uitgeverij The House of Books | oktober 2020
Vertaald uit het Deens door Femke Muller en Maaike van Hassel
© Marjo, 17 november 2020
Lees de reacties op het forum en/of reageer, klik HIER
Het laatste leven
Een John Adderley-thriller
Peter Mohlin & Peter Nyström
FBI-agent John Adderley weet op het laatste nippertje te ontsnappen als drugscriminelen hem ontmaskeren als infiltrant bij een drugsoverdracht. Met hem belandt een andere infiltrant, die hij kent als Abaeze, in het ziekenhuis, waar ze allebei behandeld worden voor schotwonden. Na hun herstel regelt de FBI een nieuwe identiteit met alles er op en eraan voor hen, in ruil voor hun getuigenis als de zaak voorkomt.
Tegen hun wens in vraagt John terug te mogen naar Zweden waar hij opgegroeid is tot hij op twaalfjarige leeftijd met zijn vader naar New York vertrekt. Zijn moeder blijft met een halfbroer achter, ze hebben nooit meer contact. Zijn vader is nu vier jaar dood.
Via internet heeft John zijn broer Billy gevonden.
Helaas gaat het niet goed met zijn jongere broer. Hij wordt verdacht van betrokkenheid bij de verdwijning van een tienermeisje, Emelie Bjurwall. Men gaat er van uit, nu tien jaar na dato, dat ze dood is, maar haar stoffelijk overschot is nooit gevonden. Wel is er op de plek waar ze zich bevonden moet hebben op de avond dat ze verdween bloed aangetroffen, van haarzelf. En even verderop sperma, met DNA van Billy Nerman.
John weet te regelen dat hij - onder een andere naam natuurlijk - in Karlstadt toegevoegd wordt aan een team dat cold-caseonderzoek doet. Zij zijn begonnen met het openen van de zaak van de verdwenen Emelie. Zij was de enige dochter van een zeer succesvolle zakenvrouw, hoofd van een imperium, waardoor de zaak extra aandacht kreeg.
John heeft een gedegen opleiding gehad bij de FBI en heeft een andere manier van denken dan de Zweedse politieman. Hij heeft al snel door dat de politie nog steeds Billy als hoofdverdachte ziet en niet open staat voor andere mogelijkheden. Al in de eerste week vindt hij aanwijzingen die nooit eerder gevonden waren. En hij vindt Emelie. Werpt dit een ander licht op de zaak?
Het probleem is alleen dat John als halfbroer van de verdachte helemaal niet mee zou mogen werken aan dit onderzoek. Als het uitkomt zit hij diep in de problemen. Niet alleen omdat de Zweedse wet het niet toestaat, maar ook omdat hij zo het risico loopt gevonden te worden door de leden van het drugskartel dat hij verraden heeft. Ook dat hij contact heeft gehouden met Abaeze is tegen de regels.
Regels, en zich daaraan houden, dat is niet het sterkste punt van John.
Het brengt hem meerdere keren in grote problemen.
Als er echter gesteld wordt dat dit het eerste deel is van een reeks met John Adderley, dan weet je als lezer al wel dat hij het zal redden. Daar zit de spanning dan ook niet. Het is meer de manier waarop. En natuurlijk de zaak Emelie. Want John denkt dat zijn broer niet schuldig is. Maar wie dan wel? En hoe toont hij dat aan? Hij heeft natuurlijk ook hulp, namelijk van de vrouw die hem begeleidt in het getuigenbeschermingsproject, die heel boos op hem zal worden, omdat hij zich niet aan de regels houdt.
Tegelijk lezen we hoe de Zweedse mentaliteit heel anders is dan de Amerikaanse. Dat is ook iets waar John tegenaan loopt. Het zorgt voor wat licht amusement in het verhaal, dat verder toch superspannend is, al zakt het hier en daar wel enigszins in. Het is levendig geschreven, veel oog voor details en de afwisseling van vertelpersonage werkt ook heel goed. Behalve vanuit het oogpunt van John lezen we namelijk ook wat er aan de kant van het slachtoffer en haar familie gebeurt, door de ogen van haar vader. Zo springen we heen en weer in de tijd, van 2009 tot 2019.
Peter Mohlin & Peter Nyström vormen een nieuw Zweeds auteursduo. Het laatste leven is het eerste deel in een serie rond voormalig FBI infiltrant John Adderley. Het boek won de Zweedse Crimetime Award voor beste thrillerdebuut van het jaar en de MAX Bronzen Vleermuis.
Of dat terecht is zal toch een tweede boek moeten bewijzen.
ISBN 9789402705485 | paperback | 448 pagina's | Uitgeverij Harper Collins | september 2020
Vertaald uit het Zweeds door Corry van Bree
© Marjo, 8 november 2020
Lees de reacties op het forum en/of reageer, klik HIER
De moorden op Kingfisher Hill
Sophie Hannah
Hercule Poirot stapt met zijn vriend, inspecteur Catchpool, in de bus van de Kingfisher Bus Compagnie voor een reis naar het landgoed Kingfisher Hill, waar meerdere luxueuze huizen staan. In een ervan woont de familie Devonport. De zoon des huizes, Richard, heeft de inspecteur gevraagd de moord op zijn broer te onderzoeken. Maar dan wel incognito.
Poirot en Catchpool doen alsof ze geïnteresseerd zijn in Peepers, een nieuw bordspel, dat door Sidney Devonport en diens vriend Godfrey Laviolette ontwikkeld is. Catchpool, die het verhaal in de ik-figuur vertelt, vindt het maar niks, en hij is bijna opgelucht dat hun alias al snel verraden wordt en ze gewoon hun werk kunnen doen. Al is de heer des huizes daar faliekant tegen!
De vrouw die hen verraadde hadden de twee in de bus ontmoet. Hun tweede ontmoeting was voor beide partijen een verrassing. Daisy, zo heet ze, heeft Poirot verteld dat ze een perfecte moord gepleegd heeft, want niemand weet dat zij de dader is! Ze vertelde niet haar naam, maar wist wel wie hij was. Maar Poirot zei dat hij een ander reisdoel had…
Voor de moord is al iemand gearresteerd, en dat is dus niet Daisy, die overigens de zus is van het slachtoffer, Frank Devonport. Het verhaal is dat hij van de balustrade gevallen is met de dood tot gevolg. Helen, zijn verloofde, bekende onmiddellijk dat zij de dader was, hetgeen haar vreemd genoeg niet hinderde bij een nieuwe verloving, met diens broer Richard. Die weet zeker dat Helen onschuldig is, vandaar dat de speurders er nu zijn.
Frank had geld gestolen van zijn vader, en al had hij dat teruggegeven, hij was volledig uit de gratie bij zijn ouders. Zijn broer en zus mochten evenmin contact meer met hem hebben. Omdat nu zijn moeder ernstig ziek is, was hij gevraagd terug te komen. Hij nam zijn verloofde mee. Helen zou op het eerste gezicht verliefd zijn geworden op Richard en vermoordde Frank.
Het is sowieso al een vreemd verhaal, en Poirot heeft al snel door dat niet iedereen de waarheid vertelt. Er is nog een vrouw in het spel, die eveneens in de bus zat.
Zij leek bang, en verdween. Terwijl Poirot druk is met zijn onderzoek, duikt die vrouw ineens weer op.
Maar wie is ze? En wat is haar rol in het geheel?
Poirot geeft zijn vriend de opdracht om iedereen te ondervragen, maar Catchpool heeft niet dezelfde knappe gave van deductie. Hij is net als de familieleden en vrienden heel benieuwd naar wat tenslotte de conclusie zal zijn. Wie heeft Frank vermoord? Maar vooral waarom?
Catchpool vertelt over zijn eigen wederwaardigheden en over hetgeen Poirot hem vertelt. Hij doet dat heel gedetailleerd, ieder onbelangrijk feit wordt vermeld. Maar zoals zijn superieur hem vertelt: je weet nooit wat er nog cruciaal kan zijn om de dader te vinden! En de vertelstijl is zo ook bijna gezellig.
Het leest dan ook heerlijk weg, misschien zijn de Poirot-thrillers nog wel beter dan de thrillers die Sophie Hannah ook schrijft, maar dan zonder de stijl van Agatha Christie te willen nabootsen. In dit boek doet ze dat dus wel, voor de vierde keer, en heel verdienstelijk.
Poirot verzamelt alle feiten, stelt vragen en zoekt antwoorden, om dan tenslotte in een plenaire zitting het hele verhaal uit de doeken te doen. Een beetje valsspelen doet hij ook in de zin dat hij iemand iets vertelt wat niet klopt, om een reactie uit te lokken.
Er mogen gerust nog meer Poirotverhalen volgen, het meepuzzelen hoe het zit, is een prettig tijdverdrijf.
Sophie Hannah (Manchester, 1971) is een Britse auteur van kinderboeken, romans en poëzie, maar in Nederland vooral bekend vanwege haar psychologische thrillers. En, zeker na dit vierde boek, ook van de Poirotthrillers.
ISBN 9789044360424 | Paperback | 228 pagina's | Uitgeverij The House of Books | augustus 2020
Vertaald uit het Engels door Joost van der Meer & Bill Oostendorp
© Marjo, 6 november 2020
Lees de reacties op het forum en/of reageer, klik HIER
Stormwaarschuwing - Doggerland 2
Maria Adolfsson
Ook dit boek speelt zich af in het fictieve Doggerland, een groep van 3 eilanden, die zich vermoedelijk ergens tussen Denemarken en Groot Brittanië, ter hoogte van de Doggersbank bevindt. Dat zou je ook al uit de naam af kunnen leiden. De namen van de eilanden en de plaatsen doen Scandinavisch aan, maar zijn dus niet op een kaart te vinden. Dit keer speelt het verhaal zich af op Noorö, het noordelijkste eiland van de groep, waar de familie van Karen Eiken Hornby vandaan komt.
In de proloog zien we dat Karen een telefoontje gaat plegen, dat haar, als het uitkomt, in grote problemen kan brengen. Vervolgens springt het verhaal 4 weken terug naar de Eerste Kerstdag. Op Noorö is een dode man aangetroffen en hoewel Karen Eiken Hornby officieel nog met ziekteverlof is, moet ze toch naar het noordelijke eiland afreizen. Bij haar thuis zit het nog vol mensen maar Karen heeft daar eigenlijk wel een beetje genoeg van.
Natuurlijk komt ze op het eiland ook in contact met haar familie en als er een tweede moord wordt gepleegd, gaat het er op lijken dat haar familie bij de moorden betrokken is.
Er is ook nog een tweede verhaal, over een vriendin van Karen, die door haar man, een advocaat en lid van de conservatieve Vooruitgangspartij, mishandeld wordt. De man is van mening dat z’n vrouw de mishandelingen aan zichzelf te wijten heeft, bijvoorbeeld, omdat ze op een feest met een andere man danst. Hij heeft de nodige invloedrijke relaties en daar maakt hij ook gebruik van. Zo weet hij haar op te sporen als ze wegloopt. Ze heeft ook wel eens een aanklacht tegen hem ingediend, maar die trekt ze dan later weer in, omdat ze bang is dat hij anders de kinderen toegewezen krijgt.
Het is weer een spannend boek geworden, waarin het privéleven van Karen ook weer een rol speelt. Toch is dit niet hinderlijk, omdat het deel uitmaakt van het plot.
ISBN 978 90 245 8242 6 | Paperback | 398 pagina’s | Luitingh ~ Sijthoff | februari 2020
Vertaald door Elina van der Heijden
© Renate, 18 oktober 2020
Lees de reacties op het forum en/of reageer, klik HIER
De man die zijn sporen wiste
Val McDermid
Als Ross Garvie en Wee Grantie, samen met hun vrienden Tam en Tozer, besluiten een auto te stelen, weet niemand wat dit teweeg zal brengen. Veel eerder dan ze hadden verwacht, wordt de politie gewaarschuwd en tijdens een achtervolging, verongelukken ze. Drie van de jongens overleven het niet en Ross Garvie, die achter het stuur zat, raakt zeer ernstig gewond en beland in coma in het ziekenhuis. Men ontdekt dat zijn DNA overeenkomsten vertoond met DNA dat gevonden is op het lichaam van een vrouw die ruim 20 jaar geleden verkracht en vermoord is en waarvoor nooit een dader is opgepakt.
Karen Pirie van bureau Historische Zaken hoopt met dit aanknopingspunt toch weer wat verder te komen. Helaas duiken er de nodige onvoorziene problemen op, want Ross Garvie blijkt geadopteerd te zijn, maar weet dit zelf niet, omdat z’n adoptieouders dit geheim voor hem willen houden. Dat zorgt dus voor juridisch getouwtrek.
Deze zaak belandt een beetje op de achtergrond, want Karen besluit zich ook bezig te gaan houden met een zaak waar ze eigenlijk helemaal niets mee te maken heeft. Een vriendin van haar, die sociaal werkster is en die ze raadpleegt om wat wijzer te worden over de adoptiewetgeving, heeft namelijk een cliënt, die dood is aangetroffen op een bankje. Eerst denkt de politie aan zelfmoord, later gaat men er van uit dat het moord is en daarna besluit men toch weer dat het om zelfmoord gaat.
Het slachtoffer is een zekere Gabriel Abbott, die al heel lang psychische problemen heeft en van een uitkering in een arbeidershuisje woont, dat z’n broer voor hem gekocht heeft. De moeder van Gabriel blijkt in 1994 om het leven te zijn gekomen bij een bomaanslag op een vliegtuigje, waar ook een politicus, die minister voor Noord-Ierland was geweest, in zat. Daarom vermoedde men dat de IRA, of een splintergroepering bij de aanslag betrokken was. De aanslag was echter nooit opgeëist en dat vindt Karen toch wel een beetje vreemd. Ze besluit deze zaak opnieuw te onderzoeken en stuit daarbij op mensen die liever niet willen dat de waarheid aan het licht komt. Er worden zelfs een paar moordaanslagen op haar gepleegd.
Het boek kent een paar verrassende wendingen en is weer heel spannend. Er speelt ook nog iets met een groepje Syriërs, voor wie Karen zich inzet.
ISBN 978 90 245 7717 0 | Paperback | 397 pagina’s | Luitingh Sijthoff | 2017
vertaald door Frank Lefevere
© Renate 18 oktober 2020
Lees de reacties op het forum en/of reageer, klik HIER
Over haar lijk
Sarah Pinborough
Marcie verkeert sinds haar huwelijk met de gescheiden Jason in de chique kringen van Savannah, waar ze zich redelijk staande weet te houden. Gezien haar afkomst is dat best bijzonder. Ze is niet de enige: een van hun vrienden, William, compagnon van Jason, is van een reis naar Europa teruggekomen met een nieuwe echtgenote. Zijn eerste vrouw Eleanor is aan kanker overleden. Keisha, de mooie jonge vrouw van Nigeriaanse afkomst, heeft eveneens een duister verleden. En Marcie ziet heus wel dat Jason zijn blik niet van haar kan afhouden.
Natuurlijk zwijgen de vrouwen over hun verleden, maar misschien is het wel daardoor dat ze elkaar goed blijken aan te voelen. Te goed misschien. Keisha is alleen met William getrouwd om zijn geld, ze hoopt snel te erven.
Als William voor dood gevonden wordt constateert de politie dat hij vergiftigd is. Terwijl hij met ernstige klachten in het ziekenhuis ligt, wordt de zaak onderzocht. Ook Marcie doet onderzoek, nadat ze eerst beschuldigd is. Keisha is tevens verdachte, als ook Jason. Deze laatste heeft net als de dames een motief.
De zaak is ingewikkeld. Er blijkt nogal wat gelogen en bedrogen te zijn, ook door andere personages.
En in Savannah, gelegen in Georgia, een van de zuidelijke Staten, heerst toch al een broeierige sfeer. Voodoo is er vrij normaal. Maar is er echt wel sprake van magie, of is er iemand die dit soort praktijken tot eigen bate weet aan te wenden?
‘Zal ik je eens iets vertellen?’ Kate Anderson (de politie-inspecteur) zat tegenover Marcie aan de kleine tafel in de verhoorkamer en keek een beetje geamuseerd. ‘Ik heb nog nooit aan een zaak gewerkt waarin mijn grootste probleem was dat er zo veel verdachten waren die stuk voor stuk de dader konden zijn. Mijn tweede probleem – en dit moet je niet persoonlijk opvatten – is dat jullie stuk voor stuk zulke nare mensen zijn.’
Dat zal je maar gezegd worden. Of de personages inderdaad zulke akelige mensen zijn, is aan de lezer om te bepalen. Bij alle drie vindt hun handelswijze een oorzaak in hun bepaald niet makkelijke verleden, dat door de schrijfster langzaam ontrafeld wordt. Te langzaam misschien, het is alsof de schrijfster niet echt kon kiezen wat voor soort boek ze zou schrijven, de beloofde thriller begint pas ruim over de helft.
Tevoren is het een roman over mensen die inderdaad niet zo aardig lijken. Zij horen tot de rijken, en hun gedrag is bepaald niet vlekkeloos. Het zijn egoïsten die beheerst worden door jaloezie en hebzucht. Het element magie maakt het verhaal wat lichter, al denken de personages daar natuurlijk anders over.
Rijkdom, passie, drugs en een moord, dat is wel voldoende om de lezer een aantal uren te vermaken. Maar op het puntje van je stoel? Nee, dat niet.
De Britse Sarah Pinborough (1972) schreef al meer dan twintig boeken in allerlei genres. Dit is het vijfde dat in het Nederlands vertaald werd.
ISBN 9789044359107 | paperback | 400 pagina's | Uitgeverij House of the Books | september 2020
Vertaald uit het Engels door Els Franci-Ekeler
© Marjo, 16 oktober 2020
Lees de reacties op het forum en/of reageer, klik HIER
Pagina 31 van 214