
Bo Svernström
Gouden kooi
Camilla Läckberg
Matilda is na de dood van haar broer blij dat ze Fjällbacka kan verlaten. Ze gaat naar Stockholm, waar ze een studie aan de Handelshogeschool gaat volgen. Ze grijpt meteen de kans om van identiteit te veranderen. Dat is niet voor niets, maar dat ontdekt de lezer later pas. Vanaf nu is ze Faye.
Al snel heeft ze een relatie krijgt ze vriendinnen. Het leven lacht haar weer toe.
Als we haar na een aantal jaren terugvinden is ze getrouwd met Jack. Samen hebben ze een dochtertje, Julienne, en ze hebben het ontzettend goed. Dat wil zeggen: materieel gaat het hen voor de wind, maar Faye voelt zich opgesloten. Ze is voor Jack gestopt met haar studie, en na de geboorte van Julienne is ze niet opnieuw gaan studeren. Werken hoefde niet, ze heeft toch alles wat haar hartje begeert? Jack vindt dat ze haar tijd beter kan besteden aan hun huis, hun dochter en natuurlijk aan hem. Maar daar zit hem de kneep: het lijkt wel alsof hij haar niet meer ziet staan. Ze doet nog haar best hem te verleiden, soms lukt dat ook, omdat ze zijn geheimen kent. Maar wat haar vriendin al had laten doorschemeren: Jack is haar niet trouw. Faye betrapt hem met een ander, en voor ze beseft wat er gebeurt is ze een gescheiden vrouw, alleen op een flatje. Faye krijgt een beetje geld mee, maar heeft verder nergens recht op.
Daar staat ze dan. Alles heeft ze voor die man gegeven, en wat is haar toekomst nu?
Dan blijkt dat Jack haar zwaar onderschat heeft.
Faye neemt wraak. En hoe! Misschien gaat het allemaal niet meteen van een leien dakje, maar al snel ziet Jack in dat hij haar nooit had moeten laten gaan.
‘Heb je er nooit van gedroomd om wraak te nemen op een man die je heeft bedrogen, die je heeft gekwetst, die je slecht heeft behandeld?’ vroeg Faye.’
Ze zoekt en vindt lotgenoten, die haar willen steunen om haar ingenieuze plan uit te voeren. Vanaf dit moment gaat het met het verhaal de goede kant op.
Terwijl het hoofdverhaal zich in het verleden afspeelt zijn er daarnaast nog flashbacks verder terug, naar de tijd waarin ze nog Matilda was. De lezer ontdekt langzaam de geheimen die ze altijd voor Jack verzwegen heeft. En in een paar cursieve teksten staat een verwijzing naar de het heden, waar het boek mee begonnen is: Faye is in gesprek met de politie, er is iets met Julienne…
Dat thrillergedeelte is prima, het is spannend, je wilt als lezer weten wat er aan de hand is. Natuurlijk moet je dan de voorgeschiedenis kennen, dus is het verhaal over Faye en Jack nodig. Helaas is een verhaal over oppervlakkige yuppen binnen de setting van een luxueus leven niet zo interessant, voeg daarbij de verschillende seksscenes en het boek neigt meer naar een chicklit dan naar een thriller.
Gelukkig wordt dat in het laatste deel van het boek goed gemaakt. Dan heeft de schrijfster ook nog een bijzondere wending in petto.
Misschien is de verhaallijn over de vriendin die zwaar ziek is, een poging wat meer van het verhaal te maken, maar dat lukt niet erg.
De insteek van een sterke vrouw die haar eigen leven in de hand neemt is prima, het boek blijkt in de traditie te staan van de eerdere misdaadromans van de schijfster. Het is dan ook een lekker boek voor onder een palmboom. Ook niets mis mee overigens.
De Zweedse Camilla Läckberg (1974) is econoom, maar ze kan nu leven van de boekverkoop. Ze is een van de meest succesvolle Zweedse thrillerauteurs. Inmiddels zijn een groot aantal boeken van haar verfilmd. Daarnaast is de succesvolle serie Fjällbacka Murders gebaseerd op haar thrillers.
ISBN 9789044354423 | paperback | 368 pagina's | Uitgeverij House of the Books| april 2019
Vertaald uit het Zweeds door Elina van der Heyden
© Marjo, 31 juli 2019
Lees de reacties op het forum en/of reageer, klik HIER
Misdaadgeld
Joop Hoekman
Advocaat Peter Tichelaar zit niet echt om geld – of opdrachten – verlegen maar hij vindt wel dat rekeningen betaald moeten worden. Hij maakt tijd vrij om op zoek te gaan naar de man die hem nog een flink bedrag schuldig is na een ontslagprocedure. Ruud Kleinsma woont op de derde verdieping van een flatwoning, maar het is niet Ruud die de deur opendoet. Een jonge vrouw staat voor hem.
‘Mijn naam is advocaat Tichelaar, is uw man of vriend de heer Kleinsma thuis?’
De jonge vrouw schudde ontkennend haar hoofd en antwoordde:
‘Kleinsma is niet thuis. U kunt beter voor die tijd een telefoontje plegen, want ik weet niet wanneer hij er is.’
Terwijl de vrouw de laatste woorden uitsprak, draaide ze zich half om en vanuit de gang van de woning vroeg een mannenstem op grove toon:
‘Wie is dat?’
De vrouw probeert Peter duidelijk te maken dat hij weg moet gaan, maar die vermoedt dat de stem van Ruud Kleinsma is, en laat zich niet afschepen. Niet veel later is hij - net als de vrouw - vastgebonden en wordt hij ondervraagd door een man met een bivakmuts op, terwijl nog andere mannen de woning op zijn kop zetten. Hij heeft ook klappen gehad, de overvallers geloofden niet dat hij geen antwoord had op hun vragen. Maar ze gaan toch weg, en hij weet hen beiden te bevrijden. De vrouw vertelt dat ze Anja Kleinsma is, de zus van Ruud. Ze heeft geen idee waar hij uithangt, maar, vertelt ze Peter: in haar kelderbox staan wel spullen van hem. Of Peter wil helpen dat uit te zoeken?
In de box blijken een aantal dozen administratie te staan en twee tassen boordevol geld. Ze schrikken er van. Hoe komt Ruud aan dat geld? Moeten ze de politie inschakelen? Ze besluiten dat niet te doen, laat Ruud eerst maar eens uitleg geven. Die heeft intussen wel naar Anja gebeld, een kort telefoontje, maar vlak daarna krijgt hij een ongeluk en belandt in een ziekenhuis in Nice.
Als Peter Anja vergezelt naar Zuid-Frankrijk is hij al tot over zijn oren verwikkeld geraakt in een zaak die draait om het witwassen van geld. De criminelen die Ruud bedreigen, zijn er van overtuigd dat Peter meer weet. Ook Anja is niet veilig meer.
In plaats van de politie te waarschuwen, gaat Peter zelf op onderzoek uit. Het brengt hem in contact met de journaliste Frances Cloppenburg, die hem in de krant beschuldigt van betrokkenheid bij zwendel. Gelukkig wil zij wel van hem aannemen dat hij geen dader maar een slachtoffer is, maar ze is ook nieuwsgierig: hoe zit dit dan?
Samen gaan ze de strijd aan, met gevaar voor eigen leven en zonder dat ze beseffen hoe meedogenloos de bende kan zijn.
Een misdaadroman hoeft niet beoordeeld te worden op literaire kwaliteiten, maar een goede redacteur had hier wel wat kleine ergernissen voor de lezer uit kunnen halen. Hoekman herhaalt vaak woorden en zinsdelen waar dat niet nodig is voor het begrip en ook spelfouten hadden dan vermeden kunnen worden.
Het verhaal verloopt soms wel heel gemakkelijk – in het voordeel van het hoofdpersonage natuurlijk. Dat is niet erg, maar in het geval van de brandstichting in de woning van Peter lijkt het toch de bedoeling dat hij om het leven komt, terwijl even later gesteld wordt dat ze nog informatie van hem hopen te krijgen. Dat zou lastig zijn als hun plannetje gelukt was. Natuurlijk slaagt Peter erin om levend uit de flat te komen, zijn avonturen zijn nog niet voorbij en brengen hem in Luxemburg en Zuid-Frankrijk. Het ziet er naar uit dat de bende onze advocaat danig onderschat…
Spannend is het dan ook wel, en het romantische element maakt het verhaal wat sappiger, en dus prettig leesbaar. Hoekman was werkzaam bij de politie, gespecialiseerd in financiële misdaden zoals fraude en weet wat er zich afspeelt in de frauduleuze monetaire wereld. Hoewel het vast niet de bedoeling is om mensen te leren hoe witwassen in zijn werk gaat, kan Hoekman prima in eenvoudige bewoordingen uitleggen hoe zo’n constructie in elkaar zit.
Joop Hoekman (1952) heeft ruim 40 jaar bij de politie gewerkt. Schrijven is een hobby geworden.
ISBN 9789057868214 | paperback | 224 pagina's | Uitgeverij Servo | juni 2003
© Marjo, 27 juli 2019
Lees de reacties op het forum en/of reageer, klik HIER
De Saraceense Samenzwering
Era Richmen
Geheim agent Jim Matteos wordt bijna gepakt als hij zijn laatste opdracht met succes uitvoert. Dat kost niet alleen het leven van zijn doelwit, maar nog van meer mensen. Maar voor Jim geldt: alles zal wijken om zijn doel te bereiken. Hij is gehard, meedogenloos. Net als zijn nieuwe tegenstander, iemand die er op uit is om angst, heel veel angst te veroorzaken onder wat hij de ongelovigen noemt.
Er vinden aanslagen plaats waarbij vele doden vallen. Vreemd genoeg worden ze niet opgeëist.
Matteos tast samen met zijn opdrachtgever William North in het duister. Er is iets eigenaardigs aan de hand: zij zijn er namelijk van op de hoogte dat er veertig splijtstofstaven ontbreken uit de voorraad van de kerncentrale van Bushehr in Iran. Als degene die achter de aanslagen zit die in bezit heeft, waarom gebruikt hij ze dan niet? En wat betekenen die mysterieuze codes die steeds door de daders op de plaats van de aanslagen worden achtergelaten?
Onrust is het gevolg: in Amerika en in Israël, die zich bedreigd voelen door Iran.
Jim Matteos ontmoet de mooie Soraya die hem aan informatie helpt. Maar als hij gevangen genomen wordt begint Jim te twijfelen. Heeft deze vrouw hem verraden? Zelfs als ze hem bevrijdt, blijft de twijfel. Is deze vrouw wel te vertrouwen? Wie is zij eigenlijk?
In ieder geval is zij degene die hem vertelt over de Saraceense Strijders, een radicale groepering. Ze zijn gevaarlijker dan welke andere groepering ook, zegt ze, juist omdat ze zich niet bekend maken.‘Moslims werden vermoord onder de rechtvaardiging van Gods woord. Voor de islamitische wereld werd dit het grootste trauma ooit. De zogenaamde christelijke kruistochten zijn nog steeds bepalend voor de heilige oorlogen die vanuit het Midden-Oosten worden gevoerd.’
Jim knikte. ‘Waarmee de parallel duidelijk wordt met de barbaarse wijze waarop de fundamentalistische groeperingen mu het christendom bestrijden.‘
Niet alleen Jim wordt door de lezer gevolgd, ook de leider van de Saraceense groepering komt aan het woord. Waar zijn haat tegen de ongelovigen vandaan komt, wordt goed uitgelegd. En deze man is slim, en machtig.
‘Zijn aanvallen op 9 november zouden een etterende wond veroorzaken, die zich diep in het christendom zou nestelen.’ Het verhaal sleept de lezer vanaf het begin, vanaf de eerste zin al mee in een superspannende actiethriller, met een actueel thema. Er wordt vaak gewisseld van setting, en ook het vertelperspectief wisselt. Doordat er ingegaan wordt op de achtergronden van de hoofdpersonen is er ook een politieke achtergrond nodig die op een heldere manier uit de doeken gedaan wordt. Het geheel met veel actiescenes is een zeer boeiende thriller geworden.
De Saraceense samenzwering is geschreven door het schrijversduo Eric Bakker en Herman Zandstra.
Eric Bakker (Amsterdam) heeft diverse leidinggevende functies bekleed in de vastgoedsector.
Herman Zandstra (Hengelo) heeft diverse managementfuncties vervuld op het gebied van Personeel & Organisatie.
Onder de naam Era Richmen schreven zij inmiddels al drie actuele thrillers.
ISBN 9789491875823 | paperback | 330 pagina's | Uitgeverij LetterRijn | april 2019
© Marjo, 22 juli 2019
Lees de reacties op het forum en/of reageer, klik HIER
© Renate 21 juli 2019
Lees de reacties op het forum en/of reageer, klik HIER
De doodsvogel
Samuel Bjørk
Dit is het tweede boek over het team rond Holger Munch en Mia Krüger. De laatste heeft nog steeds problemen met haar zelfmoordneigingen en verslaving en haar werkgever eist dat ze naar een psycholoog gaat. Dat doet ze ook, maar alleen omdat ze anders niet mag werken. Ze werkt dus ook niet werkelijk mee met de psycholoog en houdt hem op afstand.
Het verhaal begint met een proloog, waarin een jong stel met een vreemd verzoek bij een dominee komt. Ze willen trouwen, maar het huwelijk moet in alle stilte worden ingezegend. De vader van de zoon ligt op sterven en de zoon kan alleen z'n enorme vermogen erven als de vrouw met wie hij trouwt geen kinderen uit een vorig huwelijk hebben. Er mag namelijk geen vreemd bloed in de familie komen. De vrouw op wie de zoon verliefd is, heeft echter 2 kinderen uit een vorig huwelijk en deze zullen naar een ver familielied van de jongeman in Australië gestuurd worden. Als alle formaliteiten dan geregeld zijn, zullen de kinderen weer teruggehaald worden.
Hierna volgt een cursief gedrukt stuk over een meisje dat wegloopt en in een schuur haar broertje vindt, die al eerder weg is gelopen. Hij heeft geen kleren aan en zijn lijf is bedekt met veren, terwijl hij een dode muis tussen z'n tanden heeft. Als hij haar aankijkt en de muis uit zijn mond haalt, zegt hij: "Ik ben de uil." Blijkens de fauna die beschreven wordt, speelt dit zich in Australië af.
Na deze dubbele proloog begint het verhaal met een botanist, die het naakte lichaam van een tienermeisje vindt. Ze ligt midden tussen de veren en heeft een witte lelie in haar mond. Holger Munch wordt er bij geroepen en later vindt er een bespreking met het team plaats waarbij men de nodige verontrustende details hoort. Zo is het meisje ernstig vermagerd, heeft het blauwe plekken op armen en knieën en blaren op de handen. In haar maag bevinden zich alleen pellets van dierenvoeding. Later duikt er een filmpje op, waarin het meisje te zien is en waarop ook de contouren te zien zijn van iemand die verkleed is als uil, de doodsvogel.
Miriam, de dochter van Holger Munch wordt in een romantische affaire getrokken, die haar in contact brengt met een zeer zieke geest.
In diverse hoofdstukken duiken nog andere vreemde figuren op, die de lezer soms op een dwaalspoor zetten. Het is weer een verhaal geworden waarin allerlei puzzelstukjes opduiken, die pas later hun plaats krijgen. Sommige stukken blijken zich uiteindelijk aan de rand van het verhaal te bevinden en er blijft ook het nodige onduidelijk.
Het is weer een spannend boek geworden, waarin het privéleven van de politiemensen wel een rol speelt, maar niet overheerst. Ik kijk al uit naar het volgende deel van deze serie.
ISBN 978 90 245 6557 3 | Paperback | 366 pagina’s | Luitingh - Sijthoff | februari 2017
vertaald door Renée Vink
© Renate 15 juli 2019
Lees de reacties op het forum en/of reageer, klik HIER
Lees de reacties op het forum en/of reageer, klik HIER
De moordput
Een Arrowood-mysterie
Mick Finlay
Of dat klopt weten we niet, maar William Arrowood is er in ieder geval van overtuigd: hij is een betere speurder dan die blaaskaak van een Sherlock Holmes! Hij kan zich er vreselijk over opwinden dat de kranten lovend schrijven over Holmes, terwijl ze zijn persoontje ofwel negeren ofwel beschimpen. Maar hij, Arrowood, werkt in het armere Zuid-Londen, en hij accepteert de minder goedbetaalde zaken, in tegenstelling tot de geroemde Holmes. En vaak zijn die zaken veel lastiger op te lossen, en zijn ze ook gevaarlijk.
Net als bij Holmes, is het zijn assistent, Barnett die het verhaal vertelt.
Het echtpaar Barclay benadert de detective: Ze hebben hun dochter al ruim een half jaar niet meer gezien, ze reageert ook niet op brieven. Ze vermoeden dat Birdie gevangen gehouden wordt door haar man en zijn familie, op een buiten Londen gelegen boerderij. Daar zijn ze aan de deur geweest, maar de bewoners beweren dat Birdie hen niet wil zien! Een complicatie is dat Birdie niet helemaal 100% is, maar toch: meneer en mevrouw Barclay willen van haar zelf horen dat ze niet terug wil komen. De opdracht luidt: zorg er voor dat we haar kunnen zien en spreken.
‘Misschien is het niets, maar ik zou me als ouder zorgen maken. Een zwakzinnige jonge vrouw wordt belet haar familie te zien. Een gewelddadige echtgenoot!’ Hij likte zijn vingers af en veegde ze schoon aan zijn broekspijpen. ‘De arme Birdie zou weleens in grote moeilijkheden kunnen zitten. Het probleem is alleen dat ik niet goed weet wat we eraan kunnen doen.’
Natuurlijk beginnen de detectives met een bezoek aan de boerderij. En ook zij krijgen geen toegang tot het meisje. Ze zien haar evenwel voor het raam staan, ze zwaait met een veer, en bij een volgend bezoek met een afbeelding uit een tijdschrift. Maar wat dat betekent, begrijpen de mannen niet. Dat er meer achter zit, dat begrijpen ze wel! Ze proberen de politie erbij te halen, die hen eerder tegenwerkt dan hulp biedt. En als ze de ouders opnieuw bezoeken, krijgt Arrowood bevestiging van zijn twijfels: zij spreken niet de waarheid. Als er vervolgens een vrouw verdwijnt die vlak bij de boerderij woont en alles wijst op moord, verandert deze ogenschijnlijk eenvoudige zaak in een zeer complex moordonderzoek. Wat is er allemaal aan de hand op die boerderij?
Deze detective die speelt aan het einde van de negentoende eeuw draait zijn hand er niet voor om als hij vindt dat er voor anderen akelige praktijken nodig zijn om de waarheid boven tafel te krijgen. Daarbij ontziet hij zijn assistent niet! Maar eerlijk gezegd: zichzelf ook niet.
Het is een smerig zaakje, waarvan mensen als Birdie die niet helemaal volwaardig zijn de dupe zijn. Arrowood ontdekt al snel dat ook haar echtgenoot niet helemaal in orde is, en er zijn nog meer werknemers die men idioot of zwakzinnig noemt.
In een kort voorwoord en een langere epiloog over de historische achtergrond wordt uitgelegd hoe men eind negentiende eeuw omging met deze mensen. ‘Ze voelen geen pijn.’ zegt een van de personages. Langdon Down, de man die beschreef hoe mensen met het syndroom van Down een specifiek uiterlijk kunnen hebben wordt ten tonele gevoerd. Er gebeurden vreselijke dingen met mensen die niet voor zichzelf op kunnen komen, wat uit dit verhaal duidelijk naar voren komt. De historische context is prima, maar de sfeertekening kon beter. Ook al is er regelmatig sprake van mist en andere vochtigheid, die wordt niet beeldend genoeg beschreven.
Het geheel leest best lekker weg, maar een topper is het niet.
Er was een eerder boek over deze detective, en daar wordt ook naar verwezen, maar voor de zaak op zich is het niet erg als je dat eerdere verhaal niet kent.
Mick Finlay (Glasgow) verdeelt zijn tijd over Brighton en Cambridge. Hij doet regelmatig onderzoek op het gebied van menselijk gedrag.
ISBN 9789402702644 | Paperback | 448 pagina‘s | Uitgeverij HarperCollins | maart 2019
Vertaald uit het Engels door Ruud van de Plassche
© Marjo, 12 juli 2019
Lees de reactie op het forum en/of reageer. Klik HIER
De President
Orphan X deel 4
Gregg Hurwitz
Evan Smoak is getraind om te doden. Een normale jeugd heeft hij nooit gekend, vanaf het moment dat hij gescout werd in het weeshuis waar hij zich bevond, betekende elke dag opstaan steeds weer trainen, trainen en nog meer trainen. Vechtsport, conditietraining, leren om te gaan met wapens en de meest geavanceerde technologische snufjes, hij is onverslaanbaar. ‘Jij bent het wapen. De rest is gereedschap’.
Op het moment dat hij besloot geen Orphan agent meer te zijn, werd zijn leven niet normaal. Dat was niet meer mogelijk. Ook Jack, zijn begeleider, stapte uit het programma, en sindsdien werd er jacht op hen gemaakt. Ze wisten te veel.
Evan werd de Nowhere man, iemand die zich inzette voor mensen in nood. Zo ook in deel vier, al is de hoofdopdracht persoonlijk.
In de proloog heeft hij zijn eerste opdracht met succes uitgevoerd. Wat die opdracht te maken heeft met de huidige president Bennett weet hij niet, maar hij weet wel dat Bennett hem wil vermoorden. Nou ja laten vermoorden dus. Daarvoor wordt Orphan A vrijgelaten uit de gevangenis, die op zijn beurt eist dat een paar andere criminelen vrij komen, zodat hij ze in kan zetten voor de opdracht die de president voor hem heeft.Na Orphan X lopen ook de andere Orphans gevaar.
Het hele Orphanproject dat al supergeheim was volledig vernietigen, dat is wat de president die dit notabene zelf in het leven heeft geroepen, beoogt. Waarom precies, dat wil Evan graag weten. Hij heeft twee opdrachten voor zichzelf: de waaromvraag beantwoorden en de president vermoorden. Onmogelijk, lijkt dat. Bennett is ieder moment van de 24 uren die een dag heeft beveiligd als woonde hij in een ondoordringbaar pantser en hij kent het gevaar dat hij loopt, hij en zijn belager hebben telefonisch contact:
“Evan zei: ‘Ik heb generaals vermoord. Ik heb ministers van Buitenlandse zaken vermoord. Ik heb top industriëlen vermoord.’
De stem gaf even kalm als altijd antwoord. ‘Maar je hebt nog nooit de president van de Verenigde Staten vermoord.’
Of dat toch gebeurd zal zijn voor het boek uit is, is een lastige kwestie. Want Evan heeft nog een extra taak te vervullen. Als de Nowhere Man wil hij een jongen helpen die onderop heeft gelegen bij het verdelen van intelligentie. De jongen is goudeerlijk en volgt strikt de regeltjes. Hij beseft totaal niet dat anderen dat niet doen! En zo valt hij – en met hem zijn hele familie – in handen van een grote drugsdealer.
Dit is zo’n thriller die eigenlijk niet dik genoeg kan zijn – mits je de tijd hebt.
Ja, de hoofdpersoon is een moordenaar, een gevechtsmachine, die talenten en kennis heeft waar je nog nooit van gehoord hebt, maar hij is ook een slachtoffer. En blijkt ondanks alles een mens van vlees en bloed. Superspannende acties, met oog voor details, lees je ademloos, liefst in een ruk, ook omdat Gregg Hurwitz zijn hoofdstukken met zodanige cliffhangers schrijft dat je door moet.
Ook de andere personages, zowel mede- als tegenstanders, komen goed uit de verf, al zou je daar nog wel wat meer aandacht voor willen hebben. Naomi bijvoorbeeld, special agent in charge, die niet mag twijfelen aan de president voor wie ze werkt, maar dat wel steeds meer doet. Intussen heeft ze de zorg voor haar voorganger, niet toevallig ook haar vader, die in een verpleeghuis ligt af te takelen.
De President is niet alleen een actiethriller, het is vooral genieten van een superspannend verhaal dat goed in elkaar zit en je tot het laatst toe op het puntje van je stoel laat zitten.
Gregg Hurwitz (1973, San Francisco) schreef tijdens zijn studententijd aan zijn eerste thriller, The Tower, die in 1999 gepubliceerd werd. Thrillerlezers kunnen intussen niet meer om hem heen.
ISBN 9789400510692 | Paperback | 512 pagina’s | Uitgeverij AW Bruna | maart 2019
Vertaald uit het Engels door Erik de Vries
© Marjo, 5 juli 2019
Lees de reactie op het forum en/of reageer. Klik HIER
Eeuwig nacht
Patrick de Bruyn
Elise bezoekt haar grootvader, mijnheer Adam, in het ziekenhuis, niet alleen omdat hij haar opa is, maar ook omdat hij bereid is om gesprekken met haar te voeren in het kader van haar opleiding. Opa vertelt haar dat hij naar huis mag. Dat vindt ze vreemd. Niet naar een revalidatiecentrum? Dat blijkt eigenlijk wel te moeten, hij werd opgenomen met grote uitputtingsverschijnselen, maar mijnheer Adam is eigenwijs. Ook al heeft hij in de afgelopen maanden ook al drie keer een ongeluk gehad met zijn auto. Dat liep dan wel goed af, maar toch.
Elise maakt zich ongerust. Terecht blijkt. Want net voor mijnheer Adam naar huis zou vertrekken wordt hij dood gevonden.
Bij het lezen van het testament blijken al zijn bezittingen naar zijn veel jongere vriendin te gaan. Hij had Elise al eerder verteld over die fantastische Michèle Godeau. Elise weet intussen dat haar opa die laatste dagen toch een beetje begon te twijfelen aan deze mevrouw:
‘Ze heeft het natuurlijk geweldig druk. Zoveel patiënten die haar aandacht opeisen. En ze is een pietje-precies. Ze wil voor iedereen het beste…’ Maar daar klonk minder adoratie in door dan er ooit was geweest.
‘Bedoel je dat ze je niet zo vaak is komen bezoeken?’
En ineens liet hij de idolatrie volledig achterwege en reageerde enigszins geprikkeld:
‘Dat kun je wel zeggen ja. Ik had het nochtans anders verwacht. Dat kan toch niet zo moeilijk zijn om even binnen te springen. Ze werkt hier toch.’
Naast deze aanwijzing was er ook dat eigenaardige voorwerp dat Elise steeds aantrof in de auto’s na de ongelukken, een voorwerp dat er onschuldig uit zag, maar makkelijk de rem klem had kunnen zetten. Voor Elise is er geen twijfel: deze mevrouw, die Michèle, heeft haar grootvader opgelicht en diens centen ingepikt. Als ze later van haar vader hoort hoeveel geld er van de rekeningen afgeschreven werd ten behoeve van haar fratsen, en als ook de laatste onroerende goederen door haar ingepikt worden, gaat ze op onderzoek uit en stuit op nog een verdacht overlijden waar Michèle bij betrokken was. Haar besluit staat vast. Dat moet afgelopen zijn, die oplichterij!
Het verhaal van zijn vader en de valstrik die hem zijn leven heeft gekost wordt onderwerp van het boek dat Jean-Pierre, de vader van Elise, gaat schrijven. Maar dat blijkt zo makkelijk nog niet te zijn.
De vorm van het verhaal is bijzonder: Jean-Pierre laat zijn dochter stukken lezen en ze voeren hele gesprekken over hoe die intrigante hun vader/opa zijn geld afpakte voordat ze hem om het leven hielp. De grenslijn tussen fictie en non-fictie blijkt lastig.
Voor de lezer wordt het eveneens onduidelijk: wanneer is wat je leest het verhaal dat Jean-Pierre schreef, en dus wat hij er misschien bij verzon, en wanneer is het daadwerkelijk wat er gebeurde? Maar deze twijfel maakt het verhaal niet minder aantrekkelijk. Integendeel, het is intrigerend er achter te komen – of niet. Het is geen thriller met veel actie, maar daarentegen een boeiende psychologische misdaadroman geworden.
Humor zit er ook in, deels door de Vlaamse taal: ‘toen het grillen werd, was het te laat.’ Maar ook door zinnen als deze:
‘en dat allemaal door de vlinders in zijn buik.’
’Alleen kon hij het onderscheid niet maken tussen de vlinder en de vampier.’
De auteur heeft in dit boek net als zijn mannelijke hoofdpersoon geschreven over zijn vader. Hetgeen niet makkelijk was, stelt hij. ‘Dè waarheid? Die bestaat niet’ staat op de omslag.
Patrick De Bruyn (Halle, 22 augustus 1955) van oorsprong psycholoog heeft als Vlaams misdaadauteur zijn sporen verdiend. Zijn thrillers worden gekenmerkt door een beschrijving van gewone mensen die door het noodlot of door eigen toedoen in een nachtmerrie belanden.
Zijn boeken werden genomineerd voor de Gouden Strop, de Diamanten Kogel en de Hercule Poirotprijs. De laatste prijs won hij met Dodelijk Verlangen in 2010.
ISBN 9789492958464 | Paperback | 304 pagina's | Uitgeverij Horizon | maart 2019
© Marjo, 30 juni 2019
Lees de reacties op het forum en/of reageer, klik HIER
Als een jongen een pakje met drugs in een stoel bij het afval vindt, krijgt deze zaak natuurlijk de prioriteit. En dan verdwijnt de vijftienjarige Sabine, Lins buurmeisje, waarmee ze vaak gaat zwemmen. Dit brengt Lin terug naar haar eigen herinneringen aan haar zusje Lem dat verdronken is. Haar andere zus, Nina, duikt ook ineens op en brengt ook haar eigen problemen met zich mee.
De verdwijning van Sabine zorgt ook voor problemen bij de woonbootbewoners, zeker als de ex van Lin hiermee in verband wordt gebracht, dan is ook Lin de gebeten hond.
Al met al is het wel een spannende thriller geworden, met hoofdpersonen waar ik graag een hele serie over zou willen lezen. Het is misschien geen verhaal met veel diepgang, maar gewoon een lekkere thriller om in de vakantie te ontspannen.
ISBN 978 94 027 0352 8 | Paperback | 302 pagina’s | Harper Collins | juni 2019
© Renate 29 juni 2019
Lees de reacties op het forum en/of reageer, klik HIER
Pagina 43 van 217